Lucky over gezelligheid en fijne plekjes

Hoi lieve vriendjes, nu ik deze blog aan het maken ben schijnt zowaar eens het zonnetje en ik moet zeggen dat het erg prettig is om de warmte op mijn vachtje te voelen. De zon is de laatste weken een beetje afwezig, de donkere dagen voor Kerst noemt mijn vrouw dat dan, maar ik vind het persoonlijk toch meer de donkere weken voor Kerst moet ik eerlijk zeggen. Van mij mag de zon wel alle dagen schijnen, want dat vind ik gewoon het fijnste van allemaal. Daar is mijn broer Moos het trouwens ook roerend mee eens want ook hij houdt erg van warmte en al helemaal als je dan op de vensterbank of ergens anders in huis op een plekje kunt slapen waar het lekker warm is.

Gezelschap

Ik wilde het deze keer eens hebben over fijne slaapplekjes. Kijk, als je als kat in een ander huis komt wonen dan is dat natuurlijk altijd eerst even wennen maar ik denk dat we alles hier al best snel kenden en nu ook precies weten waar je fijn kunt liggen en slapen. Heel eerlijk, ik lig het liefste in de buurt van mijn mensen of bij Molly. Dat vind ik het prettigste en ik ben gewoon niet graag alleen. Daar houd ik niet van. Dat is niet bij alle katten hetzelfde maar ik houd van gezelschap. Alleen vind ik niks aan. Als ik dan bij mijn mensen lig, kan dat op allerlei verschillende plekken zijn. Op de bank, op de eettafel (bij voorkeur als ze aan het eten zijn want wie weet is daar wat lekkers bij dat ik ook lust), op de salontafel of op het bureau als mijn vrouw aan de laptop zit. Dan zorg ik er zeker voor dat zij me kan aaien en niet te veel doet aan de laptop maar vooral mij aandacht geeft. Veel belangrijker natuurlijk ook.
Mijn vrouw was pas kaartjes aan het schrijven voor de kattenvriendjes en toen ben ik er gewoon bovenop gaan liggen. Heel goed mogelijk dus dat er iemand is die een kaart krijgt waarop nog een extra haar van mij te vinden is maar dat is vast niet zo erg. We hebben zelf ook al veel kaartjes gekregen en daar zijn we super blij mee. Dat hoort bij Kerst zeggen mijn mensen en ze kijken nu iedere dag of er nieuwe gekomen zijn. Onze naam staat er vaak ook op dus dat betekent dat ze ook voor ons zijn!

Fijne plekjes

Maar goed, ik dwaal af want ik wilde het over fijne plekjes in huis hebben. In een huis waar je nieuw woont moet je natuurlijk wel eerst op zoek gaan naar de fijnste plekjes om te zitten of te slapen. Dat hebben met name Moos en ik de afgelopen tijd vaak gedaan en ik moet zeggen, op zolder heb ik een super fluffy mand waarin ik vooral slaap als het nacht is. Dan ben ik dicht bij Molly en Dropje is er meestal ook. Daarnaast heb ik een plekje ontdekt waar je veel kunt zien, waar het warm is en waar ik zacht lig. Op de vensterbank staan nu ook spulletjes voor Kerst maar er ligt een heerlijk zacht kleedje waarop ik prima slapen kan. Dit kunnen jullie ook op de foto zien.
Daarnaast is er in de keuken een fantastische plek om te liggen… namelijk de aanrecht.
Dan zit je als kater zijnde dus precies recht voor het raam en kun je veel vogels spotten. Altijd goed natuurlijk. Moos staat op de foto zodat jullie precies kunnen zien wat daar zoal te doen en te zien is. Het is ook een goede plek om te slapen want er zit een rooster in waar warme lucht doorheen komt van de warme plaat. Zeker ook aan te raden deze plek! Moos slaapt nu ook meer op het bureau, als ik daar niet lig. Mijn vrouw heeft beloofd de kaartjes daar op te ruimen zodat we er samen kunnen liggen en anders pas ik daar ook nog prima op de vensterbank. Dan kan ik konijntje Jip ook meteen zien en alle vogels die gezellig zaadjes komen eten. En vooral niet te vergeten dat ik buurtpoes goed kan zien. Er zijn er inmiddels twee die regelmatig komen dus gezellig is het hier zeker wel.

We wensen alle kattenvriendjes, alle andere diertjes en mensen fijne feestdagen en we hopen vooral dat het lekker rustig blijft met Oud en Nieuw. Laten we allemaal lief zijn voor elkaar.

Heel veel knuffels van ons allemaal!

Kever heeft een mening over kersmus en wat dat beteekent

Toen ik deze keer mijn letters wilde gaan maken zei mijn vrouw: Keef, je moet eigenlijk wel iets over kerstmis schrijven!, o ja, daar had ik niet aan gedacht, dat komt omdat ik als kat niet aan zulke dingen doe, ik merk natuurlijk wel om me heen dat mensen er aan doen, en ik weet wat kersmus is, het is een feest van een beebiekindje dat werd gebooren en van lichtjes, van vreede en van SAAME.

Vreede

Maar ik moest er over nadenken, want wat kan ik fertellen over een beebiekindje?, ik ken er geen en ik denk ook dat ik het moeilijk zau finden om er eentje te kennen, ik ben bang van mensen die niet mijn mensen zijn, maakt niet uit of ze jong of aud zijn.
Ik weet wel wat lichtjes zijn: die doe je aan als het donker is, dan kan je weer iets zien, en soms zijn ze er ook gewoon omdat ze mooi zijn, of frolijk, zoals het kleine mini-kersmusboompje dat wij thuis hebben, met sterretjeslampjes er in, kijk maar naar de footoo!
Het woord vreede ken ik ook, daar tetter ik al heel lang elke week voor, en toch is het me nog niet gelukt dat het echt vreede is geworden, dat find ik jammer maar ik geef het niet op, ik find vreede belangrijk, ik ben zelf een vriendelijke jongen die bang is van ruusie en ik blaas of grom nooit, alleen heel soms als mijn been erg veel pijn doet, maar dan gaat het vanzelf en bedoel ik het eigenlijk niet zo.

Saame

SAAME begrijp ik heel goed, zo heet de blog ook!, en ik find het zo een mooi woord, Bolle wist al dat je SAAME bijna alles kunt, en dat is echt waar, ik moet er dan ook niet aan denken om alleen te zijn, dat was ik toen ik op straat woonde en daarom was ik helemaal maager en bang geworden, dat wil ik nooit meer.
Ik begrijp dus echt wel wat kersmus is, bofendien slaap ik het hele jaar door in mijn twee kerstmanden die ik van mevrouw Tj-tjes heb gekreegen, en toen ik daar in lag te soeselen kreeg ik ineens een idee… want waarom probeeren we niet om ALTIJD vreede en SAAME te hebben?, als we nau met zijn allen voor vreede tetteren gaat dat lukken, dat geloof ik echt!, en als we allemaal een hand of een poot uitsteken naar iemand die het noodig heeft of die allenig is dan zijn we allemaal SAAME, het hele jaar door, zau dat niet mooi zijn?

(tekst gaat verder onder de video)

Het zau zijn als een droom die uitkomt, daarom wens ik jullie allemaal hele fijne Kersmusdaagen, met vreede op aarde, lichtjes en SAAME, en met een ekstra kouwstik, want die hoort erbij als het feest is.

***

Mevrouw Loes, mevrouw Brammie, mevrouw Sam, mevrouw Panda/Tica en natuurlijk mevrouw Bert moeten voor de eerste keer kersmus fieren zonder hun lieverds en dat is heel moeilijk, daarom stuur ik ze ekstrazachte kopjes en denk ik aan ze, en ik stuur kopjes aan iedereen die iemand mist.

Joep denkt na over Kerssemus

Deze week heb ik precies één keer in ‘t zonnetje kunnen liggen. Dat was dinsdagmiddag, precies een haf uur lang.
Toevallig lag ik ook nog op de goeie plek, in de vensterbank in de slaapkamer omdat ik net klaar was met m’n straatcontroledienst, dus ik kreeg de volle laag. En ik moet toegeven, het leek wel weer even voorjaar. Temperatuur was prima, en na m’n lunch en een dutje ben ik heerlijk gaan wandelen. Maar toen was de zon alweer weg…
‘t Schijnt dat ‘t bij het einde van ‘t jaar hoort, want m’n personeel hoor ik over ‘de donkere dagen voor kerstmis’. Ja, buiten. Want binnen branden allemaal kleine lichtjes in de kersemusseboom, en staan er kaarsjes die ze met een knopje op de onderkant kunnen aanzetten. O, en ook weer uit natuurlijk, als ze gaan slapen.

Buitendienst

Jammer genoeg heb ik de zon de rest van de week niet meer gezien. ‘t Was grauw en grijs, nat, en woensdag ben ik zelfs bijna uit m’n jas gewaaid toen ik de tuin uit wilde wandelen. WOESJ! Wind mee ‘t achterpad af was een makkie met de wind onder m’n staart maar ja, ik wilde natuurlijk ook wel weer een keer terug naar huis, en dat viel echt niet mee.
Gelukkig liggen alle blaadjes die van de bomen afgewaaid zijn nat langs de stoeprand, dus die vliegen niet meer rond zoals ze een tijdje geleden nog deden. Maar m’n haren, die op de heenweg recht overeind waren gewaaid, lagen allemaal plat toen ik weer thuiskwam. Poot voor poot heb ik uiteindelijk de voordeur weer bereikt, snorharen plat tegen m’n wangen. Ik was eigenlijk wel blij dat ik deze week straatcontrole vanuit de vensterbank had, want met dit weer buitendienst hebben was écht he-le-maal niks.

Kerssemus

En nou schijnt ‘t volgende week eindelijk kerssemus te zijn. Ik hoor m’n personeel over een witte kerst die er dit jaar waarschijnlijk echt niet gaan komen. Tenminste, niet waar ik woon. En dat vind ik best wel jammer, want van de buurtkatten heb ik gehoord dat het dan buiten helemaal wit is, en dat het een leuk geluid maakt als je er overheen loopt. ‘t Schijnt alleen wel koud te zijn aan de poten als je te lang buiten bent en je laat sporen na, dus iedereen kan zien waar je bent geweest. Wat m’n vrienden daarmee bedoelen weet ik niet, maar ze mauwden dat ik dat wel zou snappen als ‘t ooit nog ‘s wit gaat worden buiten.
Ik weet nog wel dat ik vroeger, toen ik vorig jaar nog huiskitten was, ineens door Senior op z’n arm mee naar buiten werd genomen omdat er allemaal witte dingetjes uit de lucht vielen. We hebben toen een tijdje buiten gestaan, en als ik omhoog keek zag ik allemaal wit spul uit de lucht vallen waar ik naar kon happen. Dat was heel leuk, want ik kon ze ook met m’n pootje vangen. Maar als ik ze dan te pakken had was m’n poot nat en dat spul weg. Echt, geen spoor meer van te vinden.

Doos

Het is nu ook de tijd dat m’n personeel niet meer zo vaak buiten op jacht gaat. Ze zijn gisteren nog geweest, en kwamen met een tas meer vangst terug dan ze normaal gemauwd doen. Want ‘t schijnt zo de laatste dagen voor kerssemus heel erg druk te zijn in de gebieden waar tweebeners jagen op eten, dus ze zorgen dat hun eigen voorraadkast gevuld is en dat ze tot volgende week genoeg in huis hebben. Mijn eigen voorraadkast zit nog lekker vol, dus daar hoef ik ook niet achteraan.
‘t Is zelfs zo dat er in een doos extra eten en lekkers voor andere dieren zit, die niet het geluk hebben dat ze een eigen huis met personeel hebben, zoals ik dat heb. Die wonen nu nog in een groot huis met allemaal andere dieren, en zitten te wachten tot er eindelijk personeel beschikbaar is. En ik hoop dat ze heel snel een eigen huis vinden, waar ze net zo gelukkig kunnen worden als dat ik ben.

Hulp

Uit die doos gaat ook eten naar tweebeners. Niet om zelf op te eten, maar om aan diertjes te geven die niet samen in zo’n groot huis wonen maar elke dag buiten zwerven en ‘s nachts een warm en droog plekje moeten zoeken om veilig te kunnen slapen. Want die zijn er ook nog steeds, hoewel ik ze in mijn buurt nog nooit ben tegengekomen. Al m’n vrienden en ik hebben een eigen etensbak, een lekker warm mandje en een eigen voor- en achterdeur om naar terug te gaan. We boffen. Dus m’n personeel en ik vinden dat ook de dakloze diertjes geholpen moeten worden en rond de kerst juist nog meer dan in andere maanden. Want uit eigen ervaring weet ik dat er in dit seizoen weinig muizen te vinden zijn. En slapen met een knorrend buikje is niet goed.
Dus misschien kun je ook aan je eigen personeel mauwen of ze een paar blikjes, zakjes of snoepjes extra kunnen jagen als ze nog op pad moeten, voor al onze onbekende vriendjes die ‘t minder goed hebben dan wij zelf. Omdat het bijna kerssemus is en extra extra lief zijn voor elkaar schijnt er dan bij te horen.
Maar eigenlijk zouden we het hele jaar ook aan anderen moeten denken, of het nou tweebeners, blaffers, piepers, fluiters of mauwers zijn. Met elkaar delen is fijn, ook als je niet kunt zien dat je een ander heel blij maakt met iets dat je zelf kunt missen.

Ik hoop dat jullie een paar hele mooie kerssemusedagen hebben met iedereen die je lief is. En steek ‘s een poot, vleugel of hand uit naar anderen, die je al een tijd niet meer gezien hebt. Dan kunnen we proberen om er SAAME voor iedereen, met elkaar, een mooiere wereld van te maken.

Stevige poot en zachte kopjes,
Joep

Wat ik kan met de nachtknuffel

Het is dus zo, ik slaap beneden als het nacht is en mijn vrouw slaapt boofe in de kamer daar. Dan heb ik ook rust in mijn kop weeges er gebeurt helemaal niks. Of bijna niks.

Want elke nacht komt ze een keer naar beneden om naar de badkamer te gaan. Dus dan loopt ze de trap af en dat hoor ik, dus als ze in de kamer staat dan ben ik wakker ook weeges omdat ik weet wat er komt.
Dat is de nachtknuffel.

Nacht

Hoe het kan dat weet ik niet maar wel dat alles anders is in de nacht. Ik ben ook anders. In mijn kop is het helemaal stil en rustig en mijn gefoel is zacht.
Ze komt bij me zitten en dan begint het aaien. Met liefe woordjes. En ik find het allemaal goed en fijn, ook met twee handen aan mijn lighaam en dat ze mijn zijkant gaat kussen en dat ze haar gezigt in mijn vagt stopt, ik ga knorren en een beetje rollen. En ik wil dan ook ofer mijn kop. Hoe het kan weet ik niet, maar alles is fijn. Toen ik hier pas woonde, deed ik niet aan de nachtknuffel, ik wist geeneens dat zoiets kon.
Dan ga ik mee naar de badkamer. Het is best donker maar we weten de weg. En daar komt weer een knuffel die hoort er ook bij.
En de knuffel erna in de huiskamer ook.

Ochtend

Alleen bij erna dan foel ik opeens genoeg. Dus dan sla ik eefe met een pootje of ik hap in een hand.
Nou dan houdt ze op en dan ga ik een brokje eete, zo eindigt dan de nachtknuffel, die is heel fijn en ik kan dan gewoon meer dat zei ik al, maar genoeg is genoeg, dat is ook weer zo.

Ik ga dan weer slapen. Tot ik uit de slaapkamer een geluid hoor, dat is de wekker, en dan ga ik naar boven, ik doe dan de ochtendknuffel maar die is anders weeges het is oferdag, dan is alles anders en ik dus ook.

Toen Bert zijn poot dwars zette (11)

In tegenstelling tot het algemeen gangbare idee dat katten graag hoog zitten, wenste Bert laag te blijven. Hoger dan de vensterbank hoefde voor hem niet. En ik dacht, misschien is dit een kwestie van wennen, hij woont pas drie jaar hier, iedereen heeft een eigen tempo, wie weet wat er morgen gebeurt.

Daarom bleef het kattenmeubel op de slaapkamer staan waar het stond.

Elke ochtend wandelde Bert langs het meubel, of het er niet was. Ging hij ’s avonds mee naar bed, dan leek het meubel ook onzichtbaar voor hem.
Een kater met principes.

Beleefd

Inmiddels ook een kater met meer zelfvertrouwen, want daar hadden we samen flink aan gewerkt. Veel spelen, vaak winnen, complimenten, een basis-diploma huiskater. Onzeker was hij nog steeds, vooral bij iets nieuws, maar wat hem vertrouwd voorkwam, kon hij steeds beter en gemakkelijker aan.
Heerlijk om te zien, en ik werd er ook een beetje hoogmoedig van. Alsof ik dit teweeg had gebracht, en het niet Berts eigen moed en durf waren geweest.
Daarom hield ik vast aan dat meubel. Maand na maand, jaar na jaar, ik wees ernaar, ik klopte er enthousiast op, ik vertelde er verhalen over, als het had gekund met de afmetingen, was ik er ter demonstratie zelf in gaat zitten.
Bert luisterde aanvankelijk belangstellend, en toen ik doorging luisterde hij beleefd. Dan keek hij me aan en dacht intussen aan iets anders. Misschien aan zijn krabpaal beneden, die in zekere zin toch ook een meubel was, en daar had ik het niet over. Of aan het delen van meubels, we lagen samen op het bed en op de bank, en dan zou hij nu opeens in een kattenmeubel moeten gaan liggen in zijn upje, dankubeleefd, geen zin in.

Geleidelijk besefte ik dat ook Bert, de grote lieve knuffelkater, zijn eigen katerman-mysterie had. Onder zijn meegaandheid was, juist door het gegroeid zelfvertrouwen, het besef gekomen dat hij het recht tot weigeren bezat. En dat deed hij op zijn eigen zachtmoedige wijze, waarin hij volhardde. Nodig was dat wel, want ik bleek langzaam van begrip.

Foto

Pas na twee jaren van vragen en uitleggen, en bij de aanblik van het beleefd luisterende katergezicht, begon ik te begrijpen dat Bert geen zin had en geen zin zou krijgen in het kattenmeubel. Toen ruimde ik het op. Wel maakte ik pro memorie beneden een foto van Bert bij een deel ervan. Dat vond hij wèl goed.
En eerlijk waar, zonder dat meubel oogde de slaapkamer een stuk ruimer. Gezelliger ook. “Je had gelijk, Bert,” zei ik de eerste avond na het opruimen. Bert knorde tevreden. 100 punten voor de huiskater.