Kever heeft een mening over lente in de herfst

voor Ollie

Na een heleboel dagen kau en reegen en wind schijnt ineens de zon weer in mijn tuin, ik ben meteen frolijk, net alsof het lente is, ik weet wel dat dat niet echt zo is, maar het foelt alsof het wél zo is, en weten jullie hoe dat komt?, door Ollie!, Ollie is een zwartwitte katerman en hij woont nau bij mevrouw Bert in huis, dat is keispannend en ook keimooi find ik, daarom zeg ik: Hoi Ollie, ik ben Kever, zullen we vrienden zijn?

Toen Bert een ster werd wist ik niet meer wat ik moest doen, niet alleen miste ik Bertje, maar ook alles om Bertje heen was weg, het foelde alsof de hele weereld die Bertje met zijn blog en feesboek had gemaakt instortte, die weereld van gefoeligheid en vriendschap, van de wijsheid van Bertje, van eerlijk kunnen zeggen dat je bang bent of iets niet snapt, van elkaar helpen en van met zijn allen feest fieren, het was een weereld waar katten hun ferhaal konden fertellen, en nau was dat allemaal foorbij.

Tuin

En tegelijk merkte ik dat de zomer foorbij begon te gaan, er was minder zon, oferal zaten spinnen in hun web, het was minder warm en ik zag steeds minder insektjes, gelukkig flogen er nog wel veel vlinders want de sterren blijfen altijd bij ons, maar ik wist dat het herfst begon te worden, dat find ik altijd een moeilijke tijd en nau zonder Bert was het nog erger.

In de herfst wordt alles in mijn tuin bruin, planten gaan kapoo of ferstoppen zich onder de grond, blaadjes dwarrelen van de bomen naar beneden, er zijn geen bloemen en mijn gras groeit niet meer, ik hoor bijna geen vogels want die zijn allemaal naar het zuiden geflogen folgens mijn vrouw, mijn tuin is bruin en nattig en druilerig, alsof hij nooit meer mooi en zonnig wordt, en daar word ik altijd een beetje somber van.

Als het dan eindelijk lente wordt lijkt het alsof alles helemaal opnieuw is begonnen, maar dat is niet zo want mijn tuin rust nu alleen maar uit, dat heb ik geleerd als tuinKever, de bloempjes en blaadjes die in de lente gaan groeien groeien op de planten en bomen die er al zijn, die lijken nu kaal maar onder de grond gaan ze gewoon ferder met leefen, en zo is het ook met de weereld van Bertje, die heeft niet stilgestaan maar is ferder gegroeid, naar een nieuwe blog die SAAME heet.

Saame

Nau zijn we SAAME met Ollie, en ik ben heel blij dat ik er weer bij mag zijn!, ik snap dat het nog best moeilijk is voor jau lieve Ollie, want ineens heb je een huis en een vrouw, dat is fantasties maar ook heel spannend, alles is nieuw en daarom soms ook grieselig, je moet oferal aan wennen en je hebt nog geen roetiene, maar ik weet zeker dat dat goed gaat komen!, je staat er niet alleen voor, je hebt natuurlijk je vrouw mevrouw Olliebert, en je hebt heeeeeeeel veel vrienden en vriendinnen hier op jauw blog, en met zijn allen gaan we zorgen dat alles goed gaat komen en dat we SAAME een hele nieuwe blog gaan maken.

Die nieuwe blog groeit ferder op de blog van Bertje en op alles wat Bertje ons heeft geleerd, en ook op onze sterrenvrienden Loes, mijn Brammievlinderleeuw, Oopa, Bolle, Oscar, Katrientje, Stokkie-Stefan en nog veel meer vrienden die nu aan de hemel twinkelen, we nemen ze mee in ons hart, en daar zijn ze feilig.

Het maakt me nau niet meer uit of de herfst komt met kau en reegen, ik hoef er niet meer somber van te worden want ik heb weer zon en vriendschap in mijn hart, ik ben klaar voor nieuwe afonturen, SAAME met Ollie en mijn vrienden!

***

Wat ik gewoon blijf doen is tetteren voor vreede, er is alleen maar meer ruusie gekomen dus het blijft noodig!!

Joep denkt na of hij binnenkater wil zijn

Nog maar 7 weken geleden werd ‘t ineens stil. Geen wekelijkse blog meer bij Bert om te mauwen, geen dagelijkse verhalen meer van vrienden en vriendinnen. Bert had met de laatste letters voor z’n vertrek over de Regenboogbrug zijn blog afgesloten, het was een hele mooie tijd geweest…

Kriebelen

En toen kreeg ik ineens een mailtje van mevrouw Bert, vorig weekend. Of ik het leuk zou vinden om weer te komen bloggen op de nieuwe site van Ollie, de huiskater die nu bij haar woont. Want Ollie had haar laten weten dat hij ook letters wilde maken, en z’n eerste blog was al klaar.
Het begon weer te kriebelen bij mij. Ik had zoooveel verhalen in m’n kop, dat ik gewoon niet zo goed wist waar ik moest beginnen.
En zou dit dan weer m’n eerste blog worden, of zou ik door mogen tellen en deze m’n vierentwintigste mogen noemen? Of toch m’n drieëntwintigste, omdat ik m’n allerlaatste blog aan Bert nooit op zijn site heb geschreven maar als afscheid en eerbetoon aan hem op m’n eigen FB pagina heb gezet?
Hoe dan ook, ik ben heel blij dat Ollie bij mevrouw Bert heeft aangegeven dat hij ook letters wil gaan maken en katkatkat, hij is een natuurtalent dat ons weer allemaal samen brengt op z’n nieuwe site.

Kouder

Inmiddels is volgens m’n personeel de herfst al begonnen en zijn de blaadjes aan m’n kersenboom rood aan het kleuren. De bruine blaadjes van andere bomen in de buurt waaien door m’n tuin heen en over ‘t achterpad, en ik heb er bijna een dagtaak aan om die allemaal te vangen. Ze maken ook zo’n leuk geluid als ik ze te pakken heb, precies als één van m’n speelgoedmuizen binnen, als ik daarmee in gevecht ben. Of zoals ‘t matje op de armleuning van de bank, als ik daar op spring.
Er is zóveel te ontdekken nu, ‘t is ook pas m’n allereerste herfst buiten. Want vorig jaar om deze tijd was ik nog maar een kitten van een half jaar jong en bekeek ik de wereld vanaf de vensterbank binnen. ‘k Had ook helemaal geen tijd om me bezig te houden met wat er buiten allemaal gebeurde, want ik was té druk bezig met spelen, eten en slapen. En alle hoekjes van m’n eigen huis te ontdekken, te knuffelen met m’n personeel en groter en sterker te worden. Maar ik geloof dat me dat allemaal toch wel aardig gelukt is.
Nadeel van de herfst is dat ‘t nu ook best kouder wordt, vooral ‘s nachts. En als ik ergens een hekel aan heb dan is ‘t wel aan koude pootjes. En wind. Ik denk dat ik meer een lente- en zomerkat ben, hoewel ‘t begin van de herfst toch ook best wel leuk is. Maar als straks de kachel weer aan gaat dan wordt ‘t toch hoog tijd dat ik m’n kleedje boven de verwarming weer ga opzoeken.

Eerste zomer

M’n eerste zomer buiten is ook eigenlijk best wel een succes te noemen. Ik leerde de buurkatten kennen, heb de buurt aan de achter- én voorkant van m’n huis verkend en kennis gemaakt met de grote en kleine tweevoeters die in m’n huizenblok wonen. Maar het allerlekkerste van de zomer vond ik ‘t toch om de hele dag buiten in de zon te liggen. En als me dat te warm werd, lekker onder de hortensia’s een plekje in de schaduw te zoeken. ‘s Avonds en ‘s nachts bleef ik ‘t liefst in de tuinstoel op ‘t kussen naar de sterren te kijken. Heel eerlijk gemauwd, ik kwam weken lang alleen maar binnen als ik hoorde dat m’n voorraadkast open ging. Want ik had al snel door dat het drinken wél, maar het eten níet op het terras geserveerd werd. Dat is trouwens nog wel even een dingetje om volgend voorjaar toch ‘s over te hebben met m’n personeel, want die service is best wel voor verbetering vatbaar…
Zelfs het knuffelen en spelen met m’n personeel gebeurde van de zomer buiten, want ook zij waren elk moment dat ze maar even konden in de tuin te vinden. En da’s altijd wel lekker, als je weet waar je personeel uithangt.

Binnen

Nu de dagen korter en de nachten langer worden loop ik m’n straatcontroles meestal alleen, en er valt eerlijk gemauwd weinig te beleven. M’n buurkatten zitten bijna allemaal alweer binnen als ‘t regent en de tuinen zijn leeg, want ook de tweebeners hebben hun tafels, stoelen en de barbecues alweer in de schuur gezet. En dat is best wel even wennen, zo zonder die gezellige drukte langs ‘t achterpad.
Gelukkig was er deze week naast alle nattigheid ook nog wat zon, en dan leek het weer even zomer. Tot de volgende bui weer losbrak en de temperatuur flink daalde. Brrr… Dan denk ik er toch hard over om ook maar weer lekker huiskater te worden.

Stevige poot en zachte kopjes,
Joep

Ik wilde eete eete eete

In het asiel krijg je gewoon eete, dat weet iedereen. Je eet en dat is het en dan ga je nog eens op de bak en is je eete op dan komt er nieuw eete. Toen ik in het asiel zat dacht ik er nooit zo over na. Maar toen kwam ik hier.

Aanrecht

Al op de eerste dag kreeg ik een snek.
Op een bordje. Het was een likwitsnek hoorde ik en er zaten druppeltjes in tegen de spanning ik dacht nog wat foor druppels maar toen rook ik die likwitsnek.
Ik eete!! Alles op!!
En ik foelde me wild ik had nog nooit zoiets op en ik ging meteen naar de keuken daar was de likwitsnek en ik sprong op het aanrecht en eraf en weer erop en ik hoorde wel roepen van “Ollie!” maar ik bleef zoeken.
Pas later op de afond kreeg ik weer snek. En ik weer rennen en springen.
Met het afondeete had ik het ook. Lekker spul en ik wilde meer dus ik naar de keuken zoeken van waar is het.

Rust

Elke dag weer was ik wild na het eete. En ik kon aan haast niks anders denken dan zoeken en eete eete eete.
Dus ik had geen rust in mijn kop.
Toen kwam een ferandering. Ik hoorde dat ik “saai eete” kreeg en ik dacht is dat ook lekker. Nou weet ik van wel. Het is gewoon eete. En ik krijg nou geen sneks meer. Weeges ik krijg dan onrust en ik ben liefer rustig dat is fijner.

Brokjes

Met de brokjes heb ik nou ook rust. Eerst foelde ik eete eete eete ook omdat ik op straat heb geleefd dan eet je als je eete hebt. Toen kreeg ik brokjes in een bal en ik oefenen van hoe gaat dat. Die bal snap ik dus daar heb ik nou brokjes uit. En ik heb ook andere brokjes op een bord van die grote dat je langzaam moet eete. Daar ben ik nou ook mee aan het wennen.
Soms laat ik brokjes liggen.
En soms als het nacht is dan ga ik toch eefe kijken wat er ligt op het aanrecht.

Hoe Bastiaan veranderde in Bert (1)

“stoer met een klein hartje” , foto Dierenambulance Den Haag.

In de zomer van 2015 had ik eigenlijk alle hoop verloren dat ik nog eens een kater zou vinden die bij me paste. Ik had er inmiddels verschillende ontmoet, en steeds wist ik: nee, dit gaat niet.

Ontmoetingen

Zo was er in een asiel een kleine zwarte kater met een lief gezicht. Op papier waren we een match. Ik mocht op kennismakingsbezoek en in het asiel ging ik op de vloer zitten. Het katertje kwam dichterbij. Hij had belangstelling.
Toen ik behoedzaam een vinger naar hem uitstak, schrok hij hevig. Daar schrok ik weer van. En van de weeromstuit schrok hij nog een keer van mij. Toen begreep ik dat hij en ik geen combinatie waren; elke keer van elkaar schrikken, dan ben je snel patiënt.
Ook ontmoette ik een grote vriendelijke kater, die zowat meteen bij me op schoot klom. Een heerlijk gevoel, want ik snakte naar katerlijke genegenheid. Het asiel waarin hij woonde, legde bedenktijd op, standaard procedure. Al bij de bushalte wist ik het. Deze kater kon met iedereen opschieten, en ik verlangde naar iemand die juist mij nodig had.

Mail

Soms gaf ik de zoektocht op.
Soms keek ik uren op allerlei websites.
Soms huilde ik van waarom moest Tim nou doodgaan, we waren zo gelukkig samen en nu ben ik zo alleen, maakt mij niks uit als ik onder de bus kom.
En altijd kwam het moment dat ik weer een asiel mailde.

Via via  kwam ik terecht op de website van de Dierenambulance Den Haag, waar een grote roodwitte kater zat die Bastiaan heette. Op de foto lag hij buiten wat afstandelijk te kijken. Ik begreep dat zijn achtergrond moeilijk was. Straatkater. Weer uitgezet met gemarkeerd oor. Straatkater, dan opgenomen in de ziekenboeg en sinds enige tijd beschikbaar voor adoptie. Hij kwam ‘met een verhaal’, zoals in zijn dossier stond, want Bastiaan was zes jaar, had angstklachten dus hij kon alleen naar een rustig huis. Op zijn profiel stond Bastiaan als getypeerd als ‘stoer met een klein hartje’. Ik dacht, misschien ben ik ook zo. Daarom stuurde ik een sollicitatiebrief waarin onder meer stond:

Mijn leven is overzichtelijk. ’s Morgens computeren, ’s middags een paar uur weg, ’s avonds computeren en/of lezen op de bank. Thuis draag ik pyjama’s en badjassen waar altijd met nageltjes aan gehangen mag worden.

Bastiaan

Na nog wat mails mocht ik komen. Dat was op woensdag 3 juni 2015.
Op de kattenafdeling passeerde ik de rij kooien. Poezengezichten miauwden naar me maar ik wist van de asielwebsite: jij hebt een tuin nodig, jij hebt een gezin nodig. Ik herkende elk gezicht, zo vaak had ik online gekeken.
Bastiaan lag achterin zijn kooi. Hij presenteerde zich niet van ‘neem mij’, hij keek even over zijn schouder, net of hij had besloten dat er toch niemand voor hem zou komen. Want hij had een dossier. Angsten. Want hij was met zijn leeftijd al lang geen leuk speels kitten meer.

Oortje

Een verzorgster riep hem. Hij kwam, voorzichtig. Ze kriebelde hem achter zijn oor. Ik lette meteen goed op, ik wist nog niet precies waarom.
Ik zag dat halve oor. Het deed me denken aan Tim, die een hangend oor had gehad.
“Mag ik?” vroeg ik.
Het mocht. Ik deed het verkeerd, want Bastiaan draaide zijn kop van me af.
En toch, iets diep in mij reageerde op deze kater. “Ja,” zei ik tegen de verzorgster, “ik wil hem heel graag.”

Even erna moest ik huilen. Van de spanning, van het gevoel dat het weer een afscheid van Tim was, en hoe moest het toch allemaal verder.
De verzorgster zei streng: “U moet het wel zeker weten.”
Dat wist ik, gek genoeg.

Bertje

Nog geen uur later zaten we in een taxi naar wat nu ons huis samen zou zijn. Ik had brokjes klaarstaan, de kattenbak was gevuld, er lagen dekentjes op de bank. En ik besloot dat een kater die aan een nieuw leven begint, ook een nieuwe naam mag hebben. Ik noemde hem Adelbert Cornelis, met de tweede naam vernoemd naar mijn grootvader. Nu was hij familie. Bertje hoorde erbij, al was dat in de taxi meer wens dan werkelijkheid.

 

Af en toe schrijf ik op saame.nl over het leven van Bert, hoe hij van een ex-asielkater zich wist te ontwikkelen in een wijze liefdevolle huiskater. Eind 2025 verschijnt zijn biografie in boekvorm.

Mila ofer een traadiezie

Lieve allemaal, er is zo heel veel gebeurd de afgelopen tijd maar ik ben zo heel erg blij dat we weer woordjes mogen maken.

Liefde

Wat is er allemaal gebeurd? Zo is onze Bert inees een prachtige ster geworden en nou is hij saame met Loesje. Er was zo heel veel verdriet in deze tijd bij iedereen die Bertje of Mevrouw Bertje kent. En het meeste bij Mevrouw Bert. En dat is zo heel normaal want zo foelt dat wanneer een liefde inees een ster wordt. Ik heb het ook meegemaakt van me eigen Bram en ik denk jullie ook. Dan is er tijd voor traane en voor een lange pause want dat heb je gewoon nodig. Je kop en lijf heeft dan eefe rust om alles een plekje te geefe.

Blij

En dan, dan is er een stilte. Een lege plek in je huis waar eerst je vriendje was. Oferal is er stilte. Er is geen miauw of blaf. Geen kopjes of neusjes of een kwispel staartje die op en neer beweegt. Je foelt en merkt het overal. Je mist hem of haar zo heel erg. Soms gebeurt er iets roomanties vanuit Regenboogland en worden er kleine woordjes of berichtjes gestuurd naar een nieuw vriendje. Dat is zo heel erg mooi. Toen was er Wallie, oftewel Waldermar Cornelis, de opvolger van Bertje. Maar ondanks alles was Wallie niet gelukkig. Hij had meer ruimte nodig dan Mevrouw Bert kon geefe. En daar gebeurde iets zo heel moois. Kennen jullie blogger Lucky nog? Zijn oom had een plekje voor Wallie en Wallie mocht meteen verhuizen! Nu woont hij al een tijdje bij Nosy Cat en hij is nou heel gelukkig en dat maakt mij als mienister van zachte zaake heel erg blij. Heel feel plezier liefe Wallie.

Welkom

Nu zijn we een tijdje verder en heeft mevrouw Bert een nieuw vriendje, Ollie. Ollie is vijf van ze eigen en hij is een katermansje. Ollie, van harte welkom! Ollie moet alles nog leren want huiskater ben je niet zomaar maar ik weet zeker dat Ollie een hele goede huiskater zal worden. En ik ben voor mevrouw Bert heel erg blij omdat ik nou mij kipnuggets zelf mag eten. Misschien denk je, waarom noem je mevrouw Bert nog stees mevrouw Bert? Omdat ik dat fijn vind. Ik vind het nog zo heel moeilijk om mevrouw Bert anders te noemen. Het lijkt dan alsof Bertje er niet meer is en dat maakt het een beetje echter en dat vind ik nog heel moeilijk. En zeker omdat dit weer de eerste blog nadat Bertje naar Loesje ging. Dit jaar is zo heel moeilijk voor iedereen geweest want er zijn zoveel sterretjes aan de hemel gekome.

Tradiezie

Vandaag, op de eerste nieuwe blog wil ik een tradiezie doen. Ik doe een kaarsje branden en liefe wensjes maken voor iedereen die het nog moeilijk heeft. Hier komt het: ‘Prrr… ik geef iedereen een zacht neusje waardoor je eefe een warme liefde straal foelt.’ Ik doe elektriek kaarsjes want ik vind echt vuur zo heel gefaarlijk.

Mij hartje foelt zo heel raar want tijdens de woordjes foel ik ferdriet maar ook zo heel veel liefde en warmte en ik ben blij dat we weer hier zijn. Zullen we met z’n allen dit weer een fijne warme plek maken zoals het was? Me eigen heef jullie allemaal heel erg gemist. Mij emoozie is ooferal nou. Ik heb garnaale nodig en kipnuggets. Oh liefe allemaal, nou ben ik zo heel erg blij. Ik ga nog lieve woordjes maken voordat ik naar de fisboer ga.

Liefe Ollie, je bent zo een heel mooie katermans en ik vind het zo heel lief dat ik jou vriendje mag zijn en ik wens dat je nog zo heel veel meer mooie vriendschappen maakt en misschien zelfs een liefe furkeer vindt. Saame met z’n alle kunnen we alles aan!

Liefe mevrouw Bert, ik heb kipnuggets oofer, zullen we die saame eete? Want nou is alles anders maar ook fijn en raar en alles door elkaar maar het komt goed. We zijn hier met iedereen saame en saame is wat telt.

Mij hartje is zo blij en ik heb ferdriet en liefde en alles is tegelijk. Eigenlijk vind ik dat we met z’n alle een piknik moeten houden bij Kever onder de boom want dat verdient iedereen (hap!).
Voor het eerst maar niet nieuw geef ik mijn zachte zaake neusjes…

Poot getekend, Mienister van zachte zaake,

Milamuis