Mila ofer koud en ofer warm

Lieve allemaal, vandaag gaan mijn woordjes ofer koud en warm maar voordat ik daar ofer ga mauwen wil eerst een woordje doen voor Ollie en mevrouw OllieBert.

De tijd

Ik vind het zo heel dapper van mevrouw Olliebert dat ze kijkt wat Ollie nodig heeft want soms pas je wel bij elkaar en soms ook niet. Net zoals mijn Keverkuikentje zei dat hij liefer alleen woont. Hij wil wel vriendjes hebben maar wonen doet hij liefer alleen. Ollie vind het denk ik nog een beetje lastig om huiskater te worden. Misschien heeft hij iets meer tijd nodig dan een paar weekjes want we weten niet waar Ollie eerst was en wat er allemaal is gebeurd.
Als mienister van zachte zaake vind ik het heel slim om SAAME te kijken naar wat kan en even de tijd erbij te halen want misschien kan het wel maar heb je andere regels of moet je langer wennen, het kan allemaal! Bij deze geef ik Ollie en mevrouw Olliebert heel veel zachte kopjes en neusjes voor steun en dat het allemaal goed komt.

Warm

Zelf vind ik het heel gezellig als er meer is. Toen Bram een ster werd vond ik dat heel moeilijk maar gelukkig was er Toby woef waar ik tegen aan kon kruipen. Zo zie je maar weer dat iedereen anders is en dat is allemaal zo heel erg goed. Anders kunnen we niet van elkaar leren.
Ik wil het liefst zo heel erg kriebelen en dan de hele dag door. Dat vind ik het aller aller fijnst (hap). En zeker als het koud is buiten dan vind ik het heel fijn als ik een tweede vacht heb waar ik tegenaan kan kruipen. Toby’s vacht is lekker lang en zacht en ook nog eens zo heel erg warm. Ooma’s vacht is meestal ook warm. Ze gebruikt de wol van een schaapje omdat ze zelf meestal zo heel erg koud heeft. Mijn manspersoon gebruikt de sinteetiese schaap en dat heet poliejester. Het is nepschaap maar ook heel erg warm. En mijn vrouw heeft ook een warme vacht. Zij heeft katoen van de plant en echte schaap.

Koud

Als er geen vachtjes zijn dan ga ik op Ooma’s bed. Daar heb ik tussen twee kussens in een nepschaapje van mijn vrouw gekregen. Het is zo heel erg super zacht en lekker warm. Het is mijn holletje waar ik helemaal in weg kan kruipen. Als het buiten warm is dan lig ik het liefste zo heel erg in de zonnestraal buiten omdat ik dat zo heel fijn vind. Mijn motortje gaat dan extra draaien. Maar als het koud is buiten dan is de zonnestraal op mijn vachtje op bed het aller fijnst. Nu is het al een tijdje kouder buiten wegens dat het zo heel erg herfst is en dat betekent dat de ferwarming ook aan gaat. Dat vind ik ook lekker. De ferwarming is onder de fensterbank en dat is zo heel erg handig want nou kan ik op de fensterbank zitten en warm worden als ik geen zin heb in een vachtje. Want dat heb ik soms ook. Soms hoef ik niet perse een vachtje.

Bloemetjes

Ooma weet dat ik graag op de fensterbank zit dus heeft ze haar bloemetjes uit elkaar gezet zodat ik er ook kan zitten. Misschien klinkt dit zo heel erg raar maar ik vind het fijn als mijn achterpootjes en voorpootjes als eerste warm worden. Ik ga zo netjes mogelijk proberen te zitten zodat alles warm wordt door de fernsterbank. Zo kan ik uren blijven zitten tot ik helemaal warm ben. Soms ga ik in Toby’s mandje liggen want die staat bij de ferwarming en dat bedje is dan zo helemaal voor ferwarmt. Daar kan ik ook heerlijk genieten van de ferwarming.

Droome

Soms als ik op de ferwarming aan het ferwarmen ben zit ik zo heel diep in mij gedachte of droome en dan komt er inees een ‘Mila’ stem en een klik van de telefoon. Het is mij Ooma die dan een foto maakt als ik helemaal zen ben. Ik kan dan soms zo heel boos kijken op de foto maar zo foel ik me helemaal niet. Ik denk dat de foto dan gewoon niet goed gelukt is. Mijn ooma vind hem mooi maar ik niet. Ik was in mij gedachte bij mij Keverkuikentje en de picknick die we altijd doen. Nou is het een binnen picknik omdat het zo heel koud is buiten en telkens regent.
Ik zal mijn vrouw alle bloemen van de fensterbank af laten halen zodat we met z’n alle op mij fensterbank kunnen zitten opwarmen. Dat is zo heel fijn voordat we lekker gaan smikkelen. Er zijn twee fensterbanken, eentje voor en eentje achter. Ik zit voor omdat ik daar zo heel goed de beestjes kan zien en ook wie er allemaal aan de deur komt voor op de fensterbank zodat ik ooma de deur open kan laten maken. Ik denk dat dat een super goed idee is want dan kunnen wij gewoon lekker blijfe zitte waar het warm is.

Ik wens jullie heel veel warmte en kopjes toe.
Pootgetekend,
Mienister van Zachte Zaake,
Milamuis

Dopey en de dokter

Op een morgen voelde ik me een beetje raar. Ik moest steeds plassen en dan eenmaal op de bak kwam er niks. Vrouw zag dat en hield me goed in de gaten.

In de tussentijd had ik wel in de bak gepoept en vrouw dacht dat het daardoor kwam. Maar even erna moest ik weer op de bak om te plassen en kwam er weer niks, en meteen erna weer en weer. Vrouw heeft meteen de dokter gebeld en moest meteen met mij ernaar toe.
Ik werd in de reismand geduwd… ja echt geduwd want ik wilde niet en heel snel maakte vrouw de deksel dicht. Mijn staart kon ik nog net naar binnen halen anders had hij ertussen gezeten.
Nou toen in de auto naar de dokter. Ik heb onderweg een heel hard concert gegeven omdat ik het er niet mee eens was… maar het hielp allemaal niet.

Bij de dokter

Bij de dokter werd ik op tafel gezet en meteen gewogen 5.95 kg.
Nou dat valt wel mee voor zo´n grote kater als ik.
Maar toen begon het… echt vreselijk.
De dokter pakte me vast en begon in mijn lijf te knijpen echt aan alle kanten. Maar mijn blaas was leeg.
Vrouw moet maar goed in de gaten houden of er geen blauwe plekken door mijn rooie vacht komen want dan loop ik er voor schut bij hoor. Toen dat voorbij was dacht ik: ‘gelukkig nu mag ik naar huis’. Dus niet… de dokter pakte een staafje en trok mijn staart omhoog en duwde het staafje zomaar naar mijn achterwerk in.
Nou dat ging me toch echt een stap te ver en ik verweerde me zo goed als ik kon, spartelen, blazen, grommen. Alleen hielp het niet veel want ze moest weten of ik koorts had.
Dus vrouw hield mij van voren vast en de dokter hield mijn staart omhoog, ik kon niet anders dan mezelf overgeven.
De dokter zei dat ik iets verhoging had 39.4.
En ook dat het van alles kon zijn… een ontsteking, blaasgruis, blaassteentjes maar ook stress. Zover vrouw weet is er niets veranderd en buiten om ook niets aan de hand. Toen kreeg ik een prik… dat was echt peanuts, echt niks aan hoor. Deze prik was ontstekingsremmend en pijnstillend (Novacam) en vrouw kreeg de opdracht om urine van mij op te vangen. Daarbij nog 7 dagen Novacam door mijn eten en goed opletten of ik drink en plas.
En toen… mocht ik naar huis… gelukkig ik was zo blij.

Weer thuis

Op de terugweg in de auto heb ik een extra concert voor mijn vrouw gegeven en ze was daar echt blij mee hoor.
Thuis gekomen werd mijn kattenbak (daar ga ik alleen maar op) leeg gemaakt en er werden korreltjes in gedaan. Vrouw dacht toch niet dat ik daarvan gebruik zou maken… geen haar in mijn vacht wat eraan denkt.
Dus ik dacht ik ga gewoon in de keuken op de kattenbak.
Vrouw had het gezien en dacht slim te zijn… maar ze weet niet dat ik slimmer ben. Toen ik weer op de kattenbak ging schoof ze een heel klein bakje onder me… ik zou dan in het bakje plassen en vrouw had dan een plasje voor de dokter.
Dat bakje vond ik helemaal niet erg hoor en vrouw was daar blij om.
Eenmaal klaar pakte ze het bakje onder me uit en zei gatverdarrie!
Ik had gewoon het hele bakje vol gepoept… .ik zei toch dat ik slimmer was.

Water

Vrouw heeft nu met de dokter gebeld en we moeten eerst de 7 dagen Novacam afmaken en dan erna maar weer proberen om urine op te vangen. En ook denkt ze dat het toch stress is. Want eenmaal thuis bedacht ze dat we een nieuwe drinkfontein hebben (de oude was kapot) en deze is toch anders dan de oude.
Ze heeft nu een gewone bak met water neer gezet waar alleen ik uit drink. En over dat plasje opvangen moet ik het nog maar eens hebben met vrouw.

Dopey

Een furhaal met een staartje (2-2)

Vorige keer miauwde ik over een onbekend geluid in de keuken. Met angst en beven zocht Mo waar het geritsel vandaan kwam en ontdekte een grote bruine rat die zich in een keukenkast had verschanst. Daarom kon ik hem dus niet meer terugvinden. Ik had mijn kersverse furriend even op de deurmat gelegd om zelf door het kattenluik te kunnen stappen en toen ik binnen stond, was hij opeens foetsie. Eigenpotig krijg ik geen deuren open. Daarom was ik blij dat Mo zowel de kast als de buitendeur open had laten staan toen ze haar slaapkamer in vluchtte, ook al was het midden in het donker. Het moest een fluitje van een cent zijn om dat beest bij zijn staart te grijpen. Zo is hoe het verder ging:

Geen beweging

Tante Cato kijkt Foppe doordringend aan. Mijn broer wacht af wat ik ga doen. Ik staar naar de rat, die onbeweeglijk blijft zitten waar hij zit. Boven in een hoek van de gootsteenkast. Een tijd lang verroert niemand een poot. De stilte is oorverdovend, de spanning om te snijden. Opeens draait m’n tante zich om. Ze is het wachten beu en wil terug naar haar zachte mand op bed. Daar stuit ze op een hermetisch afgesloten deur. Als er iets is waar tante Cato van flipt, is het een dichte deur. Furieus trekt ze alles uit de kast om naar binnen te kunnen: krabben, miauwen, springen en gillen. Terwijl tante Cato boven door het lint gaat, verandert er in de keuken helemaal niets. Maar dat weet Mo niet.
Ik hoor hoe ze uiteindelijk aarzelend de slaapkamerdeur op een kiertje zet. Op de overloop gaat een fel licht aan. Later hoorde ik dat Mo met een spierwit gezicht de gang inspecteerde. Pas toen ze echt geen rat zag, mocht mijn tante naar binnen. Een tijdje later trekt ook Foppe aan zijn stutten om verder te slapen. Net als alles rustig lijkt, wil zijn moeder de dichte slaapkamer weer uit. Hetzelfde ritueel. Terwijl ze boven onenigheid hebben over het wel of niet open laten staan van de slaapkamerdeur klauter in de gootsteenkast om die bruine rakker op te jagen. De slimmerik heeft zich verschanst tussen een voorraad afwasspullen in een bak waar ik net niet bij kan. Hier heb ik geen zin. Ik heb wel wat beters te doen dan wachten tot mijn furriend van plan is om in beweging te komen.

Doorzetten

Na een paar slapeloze uren treft Mo me opgerold in dromenland. Ze verwacht dat ik mijn buik vol heb van een groot harig beest en lig na te boeren van een overvloedig maal. Niets is minder waar en daar komt ze snel genoeg achter. Rat zit nog altijd op precies dezelfde plek tussen de pannensponsjes als waar ik hem het laatst zag. ‘Aan jullie heb ik ook niks’, foetert ze. ‘Ik regel het zelf wel, want dat beest moet hier weg.’ Mopperend gaat ze aan de slag en ruimt met het nodige kabaal de gootsteenkast uit. Mijn broer en tante komen op het tumult af. De indringer kijkt enkel met grote bange kraalogen wat er allemaal gebeurt. Vol belangstelling kijken we toe hoe Mo dit aanpakt. Eerst dekt ze de schuilplaats van Rat af. Zo voorkomt ze dat hij kan zich achter de koelkast kan verstoppen.
In haar nachtjapon wringt ze zich in allerlei bochten om de bak met Rat eruit te krijgen, zonder Rat te laten ontsnappen. Hoe ze ook wurmt en draait het past allemaal net niet. De bak blijft steken en Rat blijft zitten waar hij zit. Er zit maar één ding op, die hele la moet eruit. Met haar blote benen kruipt ze over de koude tegels om gewapend met een allerhande gereedschap de bevestiging van de la los te krijgen. Al gauw gutst het zweet van haar voorhoofd. Tranen staan in haar ogen. Vermoeidheid speelt parten. Net als Mo het op wil geven, komt er beweging in het gevaarte. Hijgend weet ze de la er uit te trekken. De toch al krappe keuken verandert in een nog grotere ravage. Eindelijk is het moment daar. De bak met furrukkullukke inhoud komt los. Ik snel Mo vooruit door de nog altijd wagenwijd openstaande keukendeur. Balancerend met de bak in haar hand hinktstaptspringt ze naar buiten waar motregen haar oververhitte wangen afkoelt. Snel zet ze de bak neer, tilt de plank eraf, doet een stap naar achter en weg is Rat. Vanuit de struiken maak ik een snoekduik. De jacht kan opnieuw beginnen.

Koppie van Japie

Psssst, even checken voor de volgende keer. Smaakt dit naar meer? Of toch liever iets bravers?

Kever heeft een mening over enigst kat zijn

Mijn vrouw froeg me of ik niet weer eens een keer iets moest schrijfen over mijn tuinvriend Mikkie, er is nameluk best veel gebeurd in de tijd dat er geen blog was, ik wil dat wel doen maar ik find het ook moeilijk, en dat snappen jullie vast wel als jullie mijn letters hebben geleezen.

Mikkie

Ongefeer een maand geleeden wilden mijn mensen weer eens probeeren of Mikkie misschien hier zau kunnen wonen, we hebben dat al eerder geprobeerd, en toen fond ik het heel moeilijk, ik werd er helemaal onzeeker van en ook een beetje jaloers.
Mikkie heeft gewoon een eigen huis hoor!, hij is geen zwefkat gelukkig, maar hij komt al bij mijn mensen vanaf dat Bolle hier woonde, dat komt omdat hij een zoon is van Bolle, en hij lag graag buiten in één mand met zijn papa, Mikkie zau het liefste hier wonen omdat zijn eigen huis erg druk is, daarom zit hij hier altijd op het dak of in de tuin van de buuren en gaat hij alleen in de nacht naar zijn eigen huis.

Hierzit ik bij de iesooboks van Mikkie

Iesooboks

Mikkie is ongefeer twaaluf jaaren, net als ik, hij is veel rustiger dan hij froeger was, en mijn mensen dachten dat ik nau stefig genoeg op mijn hoefjes sta om een “broertje” te kunnen krijgen, dus op een dag met veel zon tilden ze Mikkie van het dak, zo mijn tuin in, ze hadden een iesooboks neergezet voor hem, dat is een soort huisje waar zwerfkatten in kunnen slapen, het is lekker warm en Mikkie kent zoiets van froeger, toen hij met zijn hele famielie buiten woonde, in de tuinen.

Die middag lagen we SAAME in het zonnetje, Mikkie gaf me heeeeeeel veel kopjes, hij probeerde niet ons huis in te gaan, alles ging prima en in de nacht sliep Mikkie in zijn huisje, ik was ook de hele nacht buiten, ik moest steeds alles kontrooleeren, ik kwam pas heel froeg in de ochtend binnen, een beetje moe en kaud.

De folgende dag lag Mikkie vaak in zijn huisje omdat het kaud was en reegende, ikzelf bleef steeds opletten buiten, ik weet eigenlijk niet presies waarom, ook in de nacht was ik buiten, Mikkie lag in zijn huisje en kwam af en toe efentjes naar buiten, gaf mij een kopje en ferder gebeurde er niets.

Kramp

Op de derde dag kwam ik naar binnen, mijn vrouw was in de slaapkamer en ik wilde naar haar toe, maar ik kon niet meer loopen, ik probeerde te gaan zitten maar dat lukte ook niet, ik kon me niet meer beweegen omdat ik helemaal ferkrampt was, door de kau en omdat ik zo nerfeus was, ik ging maar een beetje liggen en ik wist het allemaal niet meer, ik had zoveel pijn en was helemaal in de war en ongelukkig.

Mijn mensen schrokken heel erg en ze wisten meteen dat het zo niet ferder kon, dat het geen goed plan was geweest, buiten reegende het keihard en ze wilden Mikkie niet in de reegen op het dak zetten, maar later op de afond toen het droog was heeft mijn man dat gedaan, hij had traanen en mijn vrouw ook want Mikkie kon er niets aan doen en deed zo zijn best om lief te zijn en zich goed te gedraagen.

De daagen daarop waren heel erg ferdrietig, mijn mensen foelden zich sguldig, mijn vrouw had buikpijn van alles, mijn man was helemaal van de leg, Mikkie snapte er niets van en wilde steeds naar beneeden komen, en ik?, ik had kramp, de hele tijd alleen maar kramp oferal.

Saame in de zon

Tuinvrienden

Inmiddels zijn we gelukkig weer een tijd ferder, we zijn allemaal weer gewend aan hoe het altijd was, Mikkie zit op het dak en krijgt daar knuffels en een snekkie, hij gaat gelukkig ook wat vaker naar zijn eigen huis, en mijn kramp is bijna weg, soms heb ik er daagen geen last meer van.

Mijn mensen finden het heel erg voor Mikkie en ook voor mij, ze zeggen dat ik het belangrijkste ben, dat mijn geluk foorop staat, en dat ze nau helemaal zeker weeten dat ik altijd eenigst kat blijf, ja dat wil ik het allerliefste!, we weeten ook weer dat de dingen soms niet gaan zoals je wilt, of dat je niet wilt hoe de dingen gaan, dat je het eigenlijk helemaal anders zau willen, maar ja: daar trekt het leefen zich niks van aan, en daarom zijn Mikkie en ik nau weer tuinvrienden, want dat kan ik wél.

***

Ik stuur heeeeeeeeeel veel sterkte kopjes aan Doerak, voor als hij naar de dokter moet voor zijn oogen, en ik stuur mevrouw Door heeeeeeeeel veel zachte kopjes, en natuurlijk tetter ik weer voor vreede!

Joep en de schutting van de buren

Maanden terug had ik al ’s gemauwd over de oude schutting tussen mijn tuin en die van de nieuwe buren. Daar zou een nieuwe voor komen omdat zij van hiernaast een schutting wilden die helemaal tot aan de grond kwam. En eerlijk gemauwd, die oude schutting was ook best wel aan vervanging toe.
Heel enthousiast was Senior al begonnen om de houten planken en het hek daaronder af te breken, omdat hij ervan overtuigd was dat die nieuwe schutting er binnen een week zou staan.
Maar dat liep even anders…

Jungle

Omdat de buren niet konden beslissen wat voor schutting ze wilden, was mijn tuin de afgelopen zomer dus twee keer zo groot want ik kon zo doorlopen in de tuin van de buren waar veel meer te beleven was dan in die van mezelf. Gras, brandnetels, plantjes met mooie bloemen waarvan ik de naam niet eens ken, het groeide allemaal lekker ongehinderd door, want de nieuwe buren waren eerst druk bezig om hun huis aan de binnenkant helemaal af te krijgen en in te richten.
Het was een heerlijke jungle, waar ik naar hartelust op vliegbeestjes en spinnen kon jagen, en ik heb bij hun keukendeur zelfs een keer een zielige dikke vette muis gevonden die ik netjes naar m’n weiland terug heb gebracht. Hij piepte met tranen in z’n donkere kraaloogjes een verhaal dat hij verdwaald was en in een grote groene vlakte woonde waar hij niet meer kon komen omdat hij niet wist hoe hij de sloot over moest. Ik begreep al snel dat zijn gezin nog in het weiland woonde, en hoewel ik inmiddels een zeer ervaren muizenvanger was geworden was deze muis te verdrietig om in m’n vriezer terecht te komen. Want verdriet doet iets met je, en dan smaakt zelfs de grootste, dikste, vetste muis nergens meer naar.
Dus ik heb ‘m met z’n gezin in ‘t weiland herenigd, en een paar weken erna kwam hij piepen dat hij een nieuwe woonruimte had gevonden, aan de andere kant van de snelle weg achter het weiland. Hij was met z’n gezin geloof ik de laatste muizenfamilie die ik in m’n weiland gezien heb, want sindsdien heb ik er geen piep meer gehoord.

Wildgroei

Maar goed, terug naar m’n tuin en die van de buren.
De hele zomer kon ik genieten van die jungle bij de buren. Ik kwam alleen nog maar thuis om te eten, drinken en slapen. En af en toe wat te knuffelen met m’n personeel, want die begonnen me echt wel te missen…
Op een slechte dag kwam de nieuwe buurman met vuilniszakken naar buiten, waar binnen een dag m’n geliefde jungle in verdween. Ik was in sjok. Weg bloemetjes, weg gras, weg kruipende en vliegende vriendjes. Ik heb urenlang tussen de vuilniszakken op het tuinpad van de buren gezeten voordat ik besloot terug te gaan naar m’n eigen tuin en in de tuinstoel te gaan liggen. Of op m’n kussen op de tuintafel. Of in de pot van m’n kersenboom, met m’n rug naar de tuin van de buren.
Gelukkig had ik nog genoeg wildgroei in m’n eigen tuin staan, al was het daar niet zo druk als in m’n jungle bij de buren. Ik keek naar de spinnen, die onvermoeibaar hun web sponnen tussen de takken van de perenboom. Er kwamen vlinders langs die op de bloemen gingen zitten. Ik zag kevertjes door de tuinaarde ploeteren, mieren die druk bezig waren met van alles en nog wat, maar het zou nooit meer hetzelfde worden…

Schutting

Uiteindelijk heeft Senior de knoop doorgehakt en een nieuwe schutting besteld, want m’n personeel had al snel door dat ik bij het zien van die lege buurtuin niet vrolijker werd. Dus sinds een weekje of wat heb ik weer m’n eigen tuin, en hoef ik niet meer naar die kale leegte bij de buren te kijken als ik m’n achterdeur uit wandel.
En er staat nu dus niet alleen een schutting, maar ik heb daar zelfs twee échte catwalks op! Senior zegt dat hij die gemaakt heeft om de schutting overeind te houden bij een zware storm, maar ik weet dat hij die gewoon speciaal voor mij gemaakt heeft. Eentje loopt vanaf de schuur over het tuinhek naar de nieuwe schutting. En als ik daarop ga zitten heb ik het aller- aller- allermooiste uitzicht over m’n weiland, en ‘t zit een heel stuk beter dan de kiezels op het schuurdak.
De andere catwalk loopt vanaf de schutting naast de schuur tot halverwege de schutting tussen mijn tuin en die van de buren. Daarvandaan heb ik ook een prachtig uitzicht over m’n weiland, maar ik kan ook vanaf een hoogte zó gluren bij de buren. En dat doe ik dan ook af en toe. Tot nu toe is hun tuin nog steeds leeg, op wat speelgoed van m’n kleine buurmeisje na. Maar ik hoop dat daar in het voorjaar weer heel veel groen komt en ‘t geen tegeltuin gaat worden, want daar is helemaal nooit niet niks te beleven. En het is dan wel de tuin van de buren, maar toch ook nog steeds een beetje mijn reservetuin…

Stevige poot en zachte kopjes,

Joep