Categorie archieven: Uit het leven van Bert

Waarom ik weer aan het bijkoome ben

bijkoome Wat een leefe is het nou, de ene dag troopies en de andere dag gewoon en dan helemaal opeens weer tropies. Toen ik een kitten was toen waren de zomers anders. Maar ik doe het leefe zoals het leefe is.

Bijkoome

Als oudere katerman weet ik dat bijkoome belangrijk is.
Misschien wel het allerbelangrijkste van het leefe.
Want er kan van alles gebeuren en je doet er niks aan, je moet er gewoon mee dielen, en daarna ben je weer in je gewoone leefe en wat dan?
Bijkoome.

Wat ik heb

Wat ik nou heb met de rare zomer dat is:

  • ik ferhaar nog steeds, dus ik krijg van thuis aaien over mijn hele vacht, dan komen de losse haren eruit en eigenlijk had ik al lang kaal moeten zijn wegens dat er zoveel uit komt, maar mijn vacht is nog steeds dik.
  • ik foel me best moe dat komt door het hele warme dat er is dus dan doe ik dutjes, slaape is ook bijkoome.
  • als het nacht is wil ik het liefste op het bed slaape gezellig bij mijn vrouw maar het is nou te warm dus ik slaap beneden dat is best eenzaam, ook voor haar, dus ik krijg ’s morgens een extra liefe knuffel dat heb ik dan ook nodig.

En dan komt het tropies vaak weer, ik foel het.

Volhouden

Dus zo doe ik het leefe nou, ik doe het per dag. Wat er kan en als het troopies is dan kan er haast niks van het gewoone, dus dan doe ik aan bijkoome.
Elke keer weer.

Maar ik weet ook dat het leefe aan het veranderen is. De dag begint later en als het nacht is, dan is het vroeger. Dus de zomer is langzaam aan het verdwijnen en dan is het troopies zeker weten ook weg.
Dus we moeten het nou volhouden, en daarna weer bijkoome.

Ben ik te seeniejor om nog te spelen?

spelenGisteren was ik net met de veter bezig, toen mijn vrouw naar me keek. Dat ik dacht wat nou. Ze zei iets over de meel en dat sommige oudere katers niet meer wilden spelen.
Omdat het meer iets voor kittens was. Of voor als je jong bent.

Seeniejor

En eerlijk waar ik ben niet meer jong. Dat wil ik ook niet zijn, jonge katermannen van nu hebben veel meer gedoe ze moeten van alles van zichzelf. Ik ben nou 15 jaar, ik ben seeniejor, ik weet wat het leefe buiten is en wat het leefe binnen is, dus ik heb lefenservaring. En dat maakt dat ik voor mezelf weet wat belangrijk is en wat niet.

De dag

Wat is belangrijk: dat ik de dag snap. Dus dan is het begin ervan wat ik snap, met een ochtendknuffel en liefe woordjes en een snek waarvan ik denk nou kan ik ferder de dag in.
Ik controleer de straat.
Ik doe dutjes.
Ik krijg weer knuffels.
Afondeete. Knuffels. Dan de afondbesteding. En dan begin ik aan de nacht.
Het wiekent is het wiekent, dan ga ik bijkoome.

Als ik de dag snap, heb ik rust in mijn kop. In die rust gebeurt soms iets. Dus dat ik iets op de straat zie dat ik spannend vind en dan roep ik keihard MEWWW een paar keer.
Of ik ga eefe tekeer met de krant.
Of ik pak een veter die zomaar op het tapijt ligt en dan wil ik weten wie er wint, de veter of ikzelf. Het is eerlijk waar elke keer spannend en ik win ook elke keer, maar daar gaat het nou niet om.

Kittens

Folgens mij is spelen voor iedereen als je er zin in hebt. Dus maakt niet uit hoe seeniejor je bent. Alleen kittens moeten meer spelen dat hoort als je zo jong bent dan leer je van alles.
En ik heb dus van alles al geleerd maar ik speel nog steeds. Misschien is dat stom maar als mijn gefoel zegt Bertje pak die veter, nou dan pak ik die veter!!

Wat ik weer ga doen als het heel warm is

warmIk doe mijn leefe per dag dat is gewoon zo maar het is ook zo dat ik dingen leer en onthou en daarom weet ik wat ik moet doen als het weer heel warm is.

Gewoon warm is fijn.
Dan gaat het leefe vanzelf.
Ik lig in de zon te slapen, ik hang in de vensterbank, ik foel de zon en de warmte en alles is goed. En na de avondknuffel ga ik mee naar de slaapkamer, dan spring ik op het bed en slaap op mijn kussen een beetje mee. Dat is gezellig.

Te warm

Alleen nou was het veel te warm voor het gezellige. Ik moest beneden slapen dat foelde ik gewoon en ik was best eenzaam, dat is wegens dat ik eigenlijk saame wilde zijn maar boven was te warm voor een jongen met een dikke vagt.
Dus dat kon niet.

Wat heb ik nou gedaan toen het heel warm was:

  • blijfe drinken en eete dat is mijn baasis
  • ik deed niks aan de controle van de straat dat was gewoon te moeliijk
  • uit de vensterbank blijfen ik heb het wel geprobeerd maar het was te heet en van binnen wist ik meteen dit moet ik niet doen
  • veel liggen en soms dichtbij het waaiding en soms onder de vensterbank daar had ik ook waai, en dan slaape of doezelen
  • ik zorgde dat ik vaak geaaid werd wegens de losse haren in mijn vagt

Aktief

Verder deed ik niks.
Dan zegt u dat is ook gemakkelijk, maar van binnen wist ik wel dat ik in mijn gewoone leefe een aktieve kater ben. Dat ik graag met de krant scheur. En in de vensterbank zit en dan de straat controleer. Dat ik ook vaak door het huis loop, want je weet maar nooit en je moet toch weete wat er in je eigen huis gebeurt. En soms speel ik en ik rol heen en weer.
Het was allemaal weg, het was te warm, ik kon het niet.
Dus ik had geduld.

Toen kwam de regen en ik ging bijkomen en mezelf wassen. En als de slaapkamer weer in orde is dan ga ik ook weer boven slapen.

Dus dat ga ik doen als het weer zo warm is: niks. En geduld foelen.

En dan komt de nieuwe krant

krantOp een dag wist ik het. Scheuren met de krant dat is mijn hobbie. Ik doe het soms en wanneer weet ik nooit, want ik heb dan een gefoel van binnen nodig. Komt het gefoel, dan scheur ik. Anders niet. Maar ik heb wel een probleem thuis.

Tweedes

Nou moet ik eerlijk zeggen dat ik presies weet wat ik wel en wat ik niet moet scheuren. Er zijn hier heel veel boeken, daar doe ik niks mee kwaa scheuren. Soms lig ik ertegen te slapen.
Er zijn hier ook soms tijdschriften. Dat is dikker papier dus het is moeilijker, dan moet ik helemaal zeker weten dat gefoel hebben. En ik weet als het tijdschrift bij mijn doos ligt, dan is het voor mij om aan te scheuren. Ik krijg het dus als tweedes.

Maar nou het probleem.

Scheuren

Ik scheur dus af en toe.
Niet de hele tijd.
Niet elke dag.
Alleen soms.
Dan doe ik eerst een hoekje of soms ook begin ik middenin, en dan ga ik verder. Lekker, scheuren. Het kraakt in mijn kop en dan foel ik me meer oer en dan scheur ik meer, en sneller en ik krijg meer gefoel en ik scheur en scheur en scheur en dan opeens houdt het op.
Klaar met scheuren.
Ik snap het ook niet maar zo gaat het.

Wanneer de krant langer in huis is, ben ik verder met scheuren. Lekker in stukken verder scheuren. De krant ruikt dan ook beter.
En ik foel het en ik zie het: ik kan wat. Oferal in de kamer liggen stukken krant. Dat is mijn werk. “Goed zo Bertje,” zegt mijn vrouw dan en ze friemelt wat achter mijn oore.

Dus alles gaat helemaal goed.

Alleen opeens een dag, dan is alles weg en dan heb ik een nieuwe krant. Kan ik weer helemaal opnieuw beginnen!! Ik snap niet waarom dat moet een nieuwe krant, echt waar niet. Dus dat is mijn probleem.

Ik kan iets nieuws en het gaat ofer slaape

slaapeWat ik wil fertellen begint een hele poos geleden, jaren geleden zegt mijn vrouw. Toen kwam er een kast op de slaapkamer. Ik was er bang voor.

Aalert

Nou zult u zeggen hoe kun je bang zijn voor een kast die doet niks. Ja, nee, ik weet het toch foelde het anders. Die kast rook naar iets dat ik niet kende en hij was groot en hij stond er maar de hele tijd, en iets in mij zei aalert blijfe Bert.
Dus dat deed ik.
Mijn vrouw had er allemaal spullen in gezet. En op een van de planken was ruimte en op een andere plank lag een kussen. Dat was voor mij, hoorde ik. Wegens dat alle katten het zo leuk vinden om in een kast te zijn.
Alle katten behalve ik dus.

Maar ja, als de nacht begint dan wil je toch naar de slaapkamer als je vrouw naar het bed gaat. Dus ik deed gewoon of de kast er niet was.
En eerlijk waar daar was ik best goed in.
Hoezo een kast, waar dan?

Kussen

Toen opeens op een afond rook ik aan de kast. Ik liep wat rond, wegens dat je toch niet altijd meteen op bed wilt liggen. Zo kwam ik bij de kast. De geur was gewoner en toen ik omhoog keek, zag ik een open plek. Ik sprong erop en dacht o zo is het dus. Daarna sprong ik er weer uit.
En een paar weken geleden zag ik het kussen liggen. Dat rook gewoon naar thuis. En aangezien ik een katerman ben die graag op kussens ligt, stapte ik op het kussen en sliep.
Lekker hoor, een kussen in de kast. Daar slaap ik best vaak.

Geleerd

“Je hebt iets geleerd, Bertje,” zei mijn vrouw. “Wat goed van je.” Toen kreeg ik nog meer liefe woordjes en ook knuffels. Daar zeg ik geen nee teege als knuffelkater zijnde. Maar het gekke is toen snapte ik pas dat het echt zo was.
Dus nou kan ik iets nieuws, ik heb er jaren over gedaan maar dat geeft folgens mij niet.