Van m’n moeder, die nog altijd op het platteland woont, had ik al jong begrepen dat ik later muizen zou gaan vangen. Omdat dat nou eenmaal iets is wat katten doen, als ze de kans krijgen. Jagen zit in onze natuur en dat krijgt niemand er uit. En muizen vangen, daar schijnen tweebeners niet zoveel moeite mee te hebben omdat de meesten geen fan van die diertjes zijn. Maar vogeltjes, da’s een heel ander verhaal. Daar kan ik beter van af blijven volgens m’n personeel.
Babykitten
Dus dat ik later ook muizenvanger zou worden stond eigenlijk al vast toen ik geboren werd. Maar hoé ik dat zou moeten worden, dat heb ik nooit van m’n moeder geleerd. Ze mauwde alleen dat als ik daar klaar voor was, ‘t vanzelf wel zou komen.
Als babykitten was ik best wel goed in pootballen, dus toen ik wat groter werd heb ik nog even overwogen om me aan te melden bij het Nationale Kattenteam voor een opleiding om professioneel pootballer te worden in plaats van muizenvanger, maar ik kwam er al snel achter dat zoiets helemaal niet bestaat. En wat moet je dan met je jonge kattenleven, behalve eten, drinken, dutten en spelen? Daar is natuurlijk helemaal niks mis mee, maar als opgroeiende kitten wilde ik toch meer uit m’n leven halen om ergens op terug te kunnen kijken als ik later Seniorkat zou zijn.
En muizenvanger zou zeker hele mooie verhalen kunnen opleveren om aan volgende generaties kittens door te mauwen.
Ik begon binnenshuis alvast te trainen om m’n speelgoed te besluipen en te grijpen en dat leek bijna vanzelf te gaan, precies zoals m’n moeder gemauwd had. Misschien was ik klaar voor het échte werk. Ik wilde als kitten ook eigenlijk gelijk al naar buiten. Urenlang heb ik in de vensterbank gelegen en voor de buitendeur gezeten, maar m’n personeel mauwde met de nodige gramaticafouten dat ik eerst ‘geholpen’ moest zijn voordat ik de buurt mocht verkennen. En wat ze daarmee bedoelden begreep ik pas tegen het eind van de winter…
Nadat ik nog een maandje binnen was gebleven zwaaide op een mooie dag de tuindeur wijd open en mocht ik eindelijk naar buiten. Mét personeel, maar zonder de lijn met m’n tuigje. En ik moet zeggen, ik vond het best wel een beetje eng hoor, ik schrok van alles dat bewoog en ik moest wennen aan de geluiden en geuren om me heen. De tuin was wat mij betrof al groot genoeg om voorlopig mee te beginnen.
Maar al snel ontdekte ik het achterpad, helemaal vanaf de schuur van m’n buren langs de rest van het huizenblok. En daar kon ik heel hard rennen, om m’n conditie op te bouwen. Ik leerde klimmen op de schutting, m’n evenwicht bewaren op de plank die daar boven lag en ik begon op vliegen te jagen. Niet dat die écht lekker waren, maar ik kreeg ze wel te pakken…
Cursus
Al snel had ik de weg naar het weiland gevonden, en ik voelde gewoon dat daar muizen moesten wonen. Maar hoe ik die te pakken kon krijgen, daar had ik nog geen idee van.
Gelukkig wilde Luna Poes haar ervaring op FB delen, en ze bedacht de cursus ‘Hoe vang ik een Weilandmuis?’ in 12 lessen. Daar heb ik heel erg veel aan gehad, en ik heb alle lessen ontelbare keren in het weiland geoefend. Ik wíst na de cursus gewoon dat ik het in me had om een hele goede Weilandmuizenvanger te worden, maar ik kon ze gewoon nergens vinden…
Even begon ik zelfs te twijfelen of ze wel echt bestonden. Maar het was te leuk om niet door het weiland te struinen, en van heel hard rennen door het gras kreeg ik een steeds betere conditie. Mocht ik ooit een muis tegen komen dan wist ik uit de cursus wel wat ik moest doen.
Maar ondanks de lol die ik in het weiland had, kwam ik na weken jagen nog steeds zonder muis thuis. En dat was best wel een flinke tegenvaller voor een aankomende Weilandmuizenvanger…
Samen
Gelukkig kreeg ik van mijn vriend Japie de uitnodiging om samen Zilte Zeemuizen te gaan vangen. En daar hoefde ik helemaal niet over na te denken, dus ik mauwde meteen dat ik graag wilde komen. ‘t Was precies wat ik nog nodig had, om met een ervaren jager in praktijk te brengen wat ik in theorie al van Luna Poes had geleerd.
Dat viel in ‘t begin best wel een beetje tegen. Als oudere kitten wilde ik te snel en te graag laten zien wat ik al wist, maar de ervaring van Japie leerde me vooral dat ik rustig en geduldig moest zijn om niet alleen te jagen, maar ook te vangen.
Het uiteindelijke succes van die middag met Japie heb ik in de vorige blog al gemauwd, dus daar weet je waarschijnlijk al van. Japie had er veel plezier in om zijn kennis ook te delen, en ik ben er trots op dat ik nu eindelijk ook muizen heb kunnen vangen.
Het duurde echt wel een paar dagen voordat ik na m’n Zilte Zeemuisavontuur weer met alle vier m’n pootjes op de grond stond en vol goede moed het weiland achter m’n huis weer in ging. Nu wist ik precies wat ik moest doen, maar vooral laten.
En het duurde dan ook niet lang voordat ik een echte Weilandmuis gevonden én gevangen had.
Vol trots liep ik het weiland uit, muis in bek, naar m’n personeel dat bij het hek stond te roepen dat het al ver na bedtijd was, en ik legde m’n allereerste Weilandmuis voor hun voeten. Ze begonnen bijna te juichen en huilen tegelijk, ik kreeg aaien en complimenten en natuurlijk moest Junior dit moment vastleggen met heel veel foto’s en filmpjes. Maar omdat het al donker was zijn die bijna allemaal mislukt.
Gelukkig heb ik er wel een mooi verhaal aan overgehouden om later, als ik een oude kater ben, te kunnen doorvertellen…
Stevige poot en zachte kopjes,
Joep,
Allround Muizenvanger