Op 11 september werd onze allerliefste Bolle een ster. Dat weten de meeste mensen en katten van de blog wel, denk ik.
Zoeken op internet
Sinds die tijd waren wij, de mensen van Bolle, alleen maar aan het huilen. We misten ons Bolletje zó veel dat alles donker en zinloos leek. Het verdriet werd niet minder, alleen maar meer. De leegte en het gemis werden steeds groter. Totdat het overal was.
Daarom ben ik na vijf weken gaan kijken of er iemand was die bij ons zou kunnen komen wonen. Die iemand wordt natuurlijk nooit Bolle, dat kan ook helemaal niet. En dat hoeft ook niet.
Popje, Beer, Molletje, Billy en Bolle zijn zelf aan komen lopen via de achtertuinen. Zij kozen er zelf voor om bij ons en bij elkaar te komen wonen. Wij kenden ze al een beetje uit de tuin.
Het leek ons het mooiste als het weer zo zou gaan, maar we zien bijna nooit meer katten in de tuinen naast ons. En de katten die we zien hebben gewoon een thuis (gelukkig!).
Dus werd het zoeken op internet. Ik vond het heel vreemd, al die foto’s van katten die een huis zoeken. En daar moesten wij er dan eentje uit pikken.
Asiel
We wisten al dat we geen kittens zouden nemen. Kittens zijn geweldig, maar je moet er twee nemen en daar is ons huis te klein voor. En als ze naar buiten gaan is er aan de ene kant naast ons een grote hond die een hekel aan katten heeft, en aan de andere kant mensen die absoluut geen katten in hun tuin willen. Met kittens leek ons dat vragen om problemen… kittens klimmen overal overheen en onderdoor, en zo hoort dat ook.
We wilden ook geen hele oude of zieke kat, ook al dacht ik altijd dat ik ooit seniorkatten op zou gaan vangen. Maar we zijn in de afgelopen jaren vijf katten verloren aan ouderdom en ziekte, en het verdriet is elke keer gigantisch. Dus zo vlak na Bolle leek ons dat te zwaar.
Verder wilden we graag een kat die een beetje bangig is, en die het moeilijk had in het asiel.
Kleur of uiterlijk of poes of kater, dat maakte ons niet uit. Ik heb wel een beetje gekeken op hoever het asiel was, want wij hebben geen auto.
Kever
De eerste kat die ik zag bleek na een paar dagen nadenken van onze kant al besproken.
De tweede kat liep een kans op ernstige ziektes, en zouden we daardoor niet kunnen verzekeren. Dan is het voor ons financieel niet op te brengen. Nog even los van emotioneel.
De derde kat, een kater van een jaar of 8, zat al wekenlang onder de kooien, plat tegen de muur. Als hij geaaid werd vond hij dat fijn. Maar hij bleef verstopt zitten.
Wij zijn gaan kijken en hebben liggend op onze buik iets zwarts geaaid. Dat iets knipperde met zijn ogen naar ons en trok een kauwstaafje uit het zakje.
Een dag later, 25 oktober, zijn we deze meneer op gaan halen.
Omdat hij zwartglanzend is en overal onder kruipt hebben we hem Kever genoemd.
Wennen
Tot nu toe ging het wennen van Kever best snel.
Hij heeft de eerste dag onder het bed doorgebracht, maar kroop ’s nachts ineens in mijn armen. Hij kwam steeds vaker onder het bed vandaan en is het huis gaan verkennen. Als hij schrikt rent hij terug naar de slaapkamer en kruipt onder het bed. Maar hij komt steeds sneller weer te voorschijn.
We werden verrast door zijn uiterlijk. Kever heeft witte sokken en een witte bikini op zijn buik. En aan zijn staart een héél klein wit puntje.
Voorlopig mag hij nog niet naar buiten. Dat mag pas na 6 weken, en dan eerst aan een tuigje. En alleen als hij het wil, natuurlijk.
Vertelt zelf
Kever lijkt iets Siamees te hebben. Zijn vacht is heel zacht, vrij dun en ligt plat op zijn lijf. Hij verhaart nauwelijks. Daarentegen is hij nonstop aan het praten en wil overal bij zijn.
Hij vertelt dus zelf ook iets, over hoe hij zijn nieuwe huis ervaart.
“In het asiel was ik bang, brrrr… ik durfde helemaal niets, alleen als het donker was ging ik snel op mijn bak, ik snapte er allemaal niks van, ik heb altijd een huis gehad, en toch liep ik ineens op straat, hoe kan dat nou? toen ben ik gevangen, en toen ging ik dus naar dat asiel, o ja, en eerst kreeg ik nog een operaatsie, dat vond ik natuurlijk al HELEMAAL niet leuk want het was echt heel erg eng, vind je het gek dat ik me verstopte, dat zou iedereen doen toch? ik was even mijn vertrouwen kwijt geraakt, logies toch dat snapt iedereen, in mijn nieuwe huis voel ik me al een beetje thuis, niet helemaal natuurlijk, alles moet nog steeds wennen, maar het is fijn dat er naar me geluisterd wordt, ja vind je het gek, zegt de vrouw, je zit kontienuu keihard te tetteren! dat zegt ze gewoon, mag dat zomaar?, ik heb gewoon veel te vertellen, en het zijn altijd echt heel belangrijke dingen, echt waar, dus ik MOET ze vertellen, ook als de mensen slapen of op hun eigen kattenbak zitten, als ik wacht ben ik het misschien vergeten, dat zou vreselijk zijn, en ik moet nog inhalen van die tijd in het asiel, daar was ik zo stil als een muisje, zo bang was ik dat ik dus helemaal niks zei, gek hè, want ik ben eigenlijk alleen stil als ik geknuffeld word of als ik slaap, slapen doe ik niet zo vaak dat is nog moeilijk, alleen samen met de mensen slapen, dat durf ik, maar vandaag heb ik voor het eerst zomaar een paar uur overdag geslapen, helemaal alleen, en ik koos er zelf voor, en…”
Hier heb ik Kever even onderbroken, ik schreef al: het gaat aan één stuk door. De hele dag, en ook een deel van de nacht.
Begin
Uiteraard blijft het verdriet om ons Bolletje. Dat is niet ineens weg. Bol was zo’n bijzondere kat en we waren zo met elkaar vergroeid.
Maar we hebben nu weer afleiding. Er is iemand die ons de oren van het hoofd kletst en die zich overal mee bemoeit.
Soms is dat leuk en soms niet. Zo gaat dat met samenwonen.
Kever heeft een nieuw huis, wij hebben een nieuwe huisgenoot.
We zijn pas aan het begin.