Mamsie gooite een laake ofer ons heen sowdat niemant kon sjien dat wei hut ware. Se hat een gat in het lake geknip sowdat we onse flugtroete goed konde sjien. Alleen stak mamsie haar puik eronderuit.
We botste tege heel feel taafultjes aan.
– Mahaammm AUWIE.
– Mee jij Doorie, mamsie schaam ze eigen nu zo errug. Jij heb het nie gesien en mamsie ook nie…
We fonde snel de deur.
Rosse buurt
Buite gekome pakte mamsie wat te ete.
– Mamsie moet eeve nier-tonijn eete Doorie. Van ze schrik en ze zeenuuw.
– Maar mamsie, ikke dag eg datte het een ijswinkel was. Snik snik.
– Oooh mij jonge, jij heb er geen errug in maar jou banaan is van ze eigen geen banaan. En jij kan er geen ijs van eete. Jij moet jou mamsie beloofe dattie hier nooit meer kom. Wij zijn nu in jou rosse buurt van Amserdam. Hier ferkoop mefrouwe ze eigen foor sentjes Doorie, dattie trakkement heb en dinge kan koope. Het besta al langer dan jou mamsie besta. Het is van froeger foor mense van zee, want die moes ze eigen ook fermaake. Dan kwam zij hier bij de mefrouwe en dan had zij saame plesier. En jij noem het prossetuutie Doorie. Beloofie jou mamsie dattie nooit in ze prossetuutie ga speele assie pootballer wor. In jou Banaanebar moet jij veel sentjes betaale en dan kom er een mefrouw en zij heb ze kleere nog nie aan. Zij noem ze eigen serfeerser! Jij moet er toch nie aan denke Doorie. Jij ga het nie teege mij Bert fertelle, mamsie schaam ze eigen tot achter ze oor.
Rijksmuseum
We stapte weer inne boot en ginge verder. Op naar het rijksmuseum.
We ginge naar binne en oooh… we sage de nachtwacht. En ikke vroeg aan mamsie hoe dat kon, want het is gewoon ooferdag.
– Wat stellie mij jou moeilukke fraage Doorie. Kijkie eens goed. Jij kijk nu naar jou beroemste schillerij van jou weereld. En het is van meneer Remband van Rein want hij heb het geschillerd. Dan bennie wel een heele knappe meneer Doorie. Er was ooit een meneer die von er niks aan, hij heb geprobeer om deeze schillerij met ze schoenmaakermes kapot te steeke. Wie doe soies? Mamsie vin het vreseluk. Jij heb er geen errug in van jou eigen hoefeel uure jij noodig heb om deeze schillerij weer te res-too-reere. Mamsie gebruik nu moeilukke woorde Doorie, zij heb erop geoefen want anders krijg ze straks weer kommetaar. Deeze mooie schillerij heet de Nachwacht en nou kom het Doorie. Jij kan er oferdag naar kijke maar ook in jou nacht! Soies, de rest is mamsie fergeete. Maar jij kan zofeel mooie dinge zien in jou Rijksmuseejum. Het hoor bij jou onwikkeling jonge.
Poeseboot
We besjote verder te gaan. Niet naar het scheepvaartmusejum sowals geplent, maar naar de poeseboot op de singel. Want dat font mamsie leuker.
– Mamsie? Wat is dit?
– Oooh mij jonge hier hebbie mij stukje hart van Amserdam. Hier woone allemaal zwerfkatte en jij weet. Jou oom Bert was ook zwerfkater froeger. Hij heb nooit op zo een boot gewoon, hij zou het nie wille van ze eigen. Maar in Amserdam is deeze poeseboot bekend jonge en het is ze dreifende diere-asiel. Spesiejaal foor zwerfkatte, dattie opgefange kan worre. Dan bennie wel goed beezig Doorie. Het is nu ze Stichting de Poezeboot en jij kan beeter hier jou sentjes dooneere dan bij de mefrouwe zonder kleere. Assie wil kan jij het iedere dag bezoeke op jou opgezette tijde.
Bekeuring
We ginge weer fanne boot af en bragge de boot terug naar waar we opstapte. Daar stont onze flauwepauweauto op ons te wagge.
Er lag een briefje op. Datte we een bekeuring hadden kjeeg. Maar… maar ikke hat mamsie tog sentjes geef om te moog parkeere?
Ikke keek mamsie aan. Toen bekente mamsie dat se er lekkers foor hat kogt.
– Assie zofeel moet fertelle ga jou buik knor krijge van ze honger. Mamsie moet op tijd eete, ook foor ze niere.
– Ooooooh mamsie toch.
– Jij moet nooit fergeete, assie met jou Mamsie op jou stap ben dan moet jij eete.
Ikke belte met me mobiel naar me mense die de bekeuring gewijk betaalte.
Pootballer
– Lieve jonge nu heb mamsie nog één ferrassing foor jou eigen. Jij mag pooseere in jou Olimpies Staadion met jou bal. Foor jou mamsie ze fersaameling en omdat jij mij besse pootballer ben van mij hart. En omdat het mij ferrassing is mag iedereen jou mooie footoo zien en houw Mamsie ferder ze bek.
Daarna ginge we terug naar me huis rijen. Ikke ging gelijk naar me bak toe want ik moes eg enorm plasse.
Mamsie ging de koele kast en me noepjestas leegroofe. Toen belde de visboer van mamsie weer aan. Of se meeging naar huis. We naame afsjeit met heeeel veel koesjes en weg was mamsie met me noepjestas.
– Dag mij Doorie, mamsie houw jou. Hoop dat jou noepies nog smaake….
Dorus en Loesje
– Einde –