Kater Bolle: ik heb mensen, een huis en ook een tuin

huis tuin mensen

Ik heb tegenwoordig mensen en een huis. Maar ik heb ook nog een tuin! Ik ben dus een binnen- en een buitenkater.
In de deur die mijn mensen gebruiken om in mijn tuin te komen, zit een speciaal deurtje voor mij. Een kattenluikje heet dat, zeggen mijn mensen.

Regen

Als het regent ga ik liever niet naar buiten.
Ik heb een vreselijke hekel aan nat worden, dus ik probeer dat zoveel mogelijk te voorkomen.
Maar ja, soms ben ik buiten en dan gaat het ineens regenen. En dan word ik dus nat.
Bah, dat vind ik toch zó vies! Vooral als ik echt natte pootjes heb, jakkes.
Maar ik wil ook niet dat mijn mensen me afdrogen met een handdoek. Want dat hoort nou eenmaal niet, vind ik.
Dus al met al is het lastig als het regent, het buitenleven.

Mooi weer

Maar in de zomer, als het mooi weer is, dan ben ik heel veel in mijn tuin.
Er staan allemaal manden en dozen. En er is een klein houten huisje. Dat huisje staat naast het grafje van Molletje, en Pop en Beer. En Billy ligt er vlakbij begraven.
Ik denk in dat huisje na over het leven en de liefde, en het waarom van alles. Daar kan ik lang over peinzen, want ik ben een heel gevoelige katerman. En niet dom, ook al zeg ik het zelf.

Wapperen

Als het echt héél warm is, slaap ik zelfs buiten. Ik slaap dan in mijn huisje, of in een mand. Heerlijk vind ik dat, een beetje kamperen lijkt het wel. O, over kamperen gesproken: ik heb zelfs een eigen kattentent!
Mijn mensen vinden het niet gezellig. Maar als ik vraag of ze ook in mijn tentje willen, zeggen ze nee.

Ik heb ook nog een mooi grasveldje.
Daar ga ik liggen als de zon schijnt. Dan blijft mijn onderkant een beetje koel van het gras, en de bovenkant wordt lekker warm van de zon.

Vaak ga ik dan op mijn rug liggen, met alle vier mijn pootjes wijd. Alles lekker laten wapperen.
En even pronken met mijn gezellig ronde, pluizige, blonde buik. Ik ben trots op mijn buik, en vind dat iedereen hem mag zien!

Eten

In mijn tuin groeit allerlei lekker eten.
Tussen de tegels komen mieren naar boven. Ik ga zitten wachten, en elke keer als er eentje naar boven komt, lik ik hem op.
Er zit niet veel vlees aan, maar het zijn er wel een heleboel. Ik zie het dan ook meer als een tussendoorsnekje, een soort eenhapskrekkertjes.
Er zijn nog meer insecten in de tuin. Die eet ik ook als ik ze te pakken krijg. Maar heel soms zit er eentje tussen die niet lekker is.
Ik zag een keer een soort gestreepte vlieg, met een stekel er aan. Hij liep door het gras. Mijn vrouw zag het ook, en zei “Bolle, je gaat toch niet….” maar toen had ik hem al ingeslikt.
Het deed pijn, en ik spuugde hem weer uit. Ik heb een half uur zitten spugen, en ik ging aan het gras likken. Mijn mensen waren een beetje paniekerig, en ik kreeg natvoer voor mijn neus gezet.
Dat heb ik opgegeten, en toen deed mijn mond geen pijn meer.
Een half uur later liep er weer zo’n prikding door het gras.
Ik wilde hem weer opeten, want misschien was déze wel lekker. En ik vind het zonde om goed voedsel te verspillen. Maar mijn vrouw zette er een beker overheen zodat ik hem niet kon eten. Ze zei iets over ezels en stenen en twee keer ofzo, maar ik denk dat het erom ging dat ze die prikker zelf op wilde eten. Kinderachtig vind ik dat, want ik zag hem het eerst.
Vogels vang ik niet, want daar kan ik niet bij. Ik kan toch zeker niet zo hoog in de lucht springen?
Muizen vang ik ook niet, want die zijn veel te snel.
Ratten lukt me weleens, maar dat heb ik al een keer verteld.

Water

Water drink ik ook in de tuin. Er staan allemaal bakken, dus ik heb keuze genoeg.
Het fijnste vind ik het als het water al een tijdje heeft gestaan en helemaal ondoorzichtig groen is. Dan weet ik zeker dat het lekker is, en schoon.

Voeten

O ja, en dan heb ik ook nog mijn wc in de tuin. Tussen allemaal struiken.
Ik ga altijd op dezelfde plek, en laat het dan zo liggen. Dan weten andere katten dat het mijn tuin, mijn huis en mijn mensen zijn.
Af en toe loop ik door mijn eigen toilet heen, per ongeluk. Dat kan de beste gebeuren, vind ik. Slijt er vanzelf weer af. En dan ga ik naar binnen, op bed liggen bijvoorbeeld.
Nou, dan moet je mijn vrouw horen! Dan gaat ze met vieze doekjes mijn voeten schoonmaken.
Die doekjes die stinken naar citroen ofzo, daar worden mijn voeten pas écht vies van!
Ik verzet me dan ook altijd, want ik wil geen citroenvoeten. Maar meestal wint zij uiteindelijk.

Binnen

Al met al vind ik dat ik een mooie tuin heb. En ik vind het altijd jammer als het te koud of te nat wordt om buiten te zitten.
Maar ik loop elke dag wel even een rondje, om alles te controleren. Ik geef alles kopjes, ik krab overal eventjes, en ik ga naar mijn wc.
Dat hoort nou eenmaal zo als landeigenaar, vind ik.
En daarna kruip ik binnen lekker bij de verwarming.

7 gedachten over “Kater Bolle: ik heb mensen, een huis en ook een tuin

  1. Oooooh bolle. Ooooh jij bent ook van stand. Een landeigenaar!!! Oooh nobele bolle.
    Hoe durven jouw mensen jouw pootjes vies te maken met sietroen. Ooooh dat stinkt gruwelijk. Wat een horror zeg. Weer hebben de katten in jouw buurt een reden om jou uit te lachen.
    Die zitten natuurlijk van daar heb je bolle met zijn sietroenpootjes. Oooooh bolle.
    Wat erg????????????
    Kusjes hoor bolle????

    1. Dag Katrientje, ik ben niet écht van stand, hoor! Maar soms doe ik een beetje alsof.
      En jij begrijpt dat wel toch, met die citroen? Dat is echt heel vies! Ik ga mijn voeten dan altijd heel snel zelf wassen, dan is die lucht tenminste weg. Mijn vrouw zegt dat ze mijn voeten schoonmaakt omdat ik door mijn wc heen ben gelopen, maar dat stinkt tenminste niet. Vind ik. Mijn vrouw vindt van wel. Soms smeer ik het aan het bed af, dan is het probleem ook opgelost.
      Dank je wel voor de kusjes, en een lief kopje terug voor jou van Bolle.

  2. Hallo Bolle.

    Wat heb jij een mooie avontuurlijke tuin zeg, maar ik heb wel even moeten nadenken hoor want jij bent toch Bolle de kater en niet Bolle de miereneter? Jij hebt het bij je vrouw en man heel goed getroffen toen je daar als straatjongen kwam en ze jouw welkom wenste en je gingen verzorgen en je hebt zelfs je angsten om binnen in huis te gaan overwonnen. Ze hebben voor jou een echt tuinparadijs gemaakt met alles waar je als Bollekater maar van kan dromen en in huis ook zo’n paradijs. Je weet ik ben een huiskater maar ik heb ook een groot balkon en ik woon 3 hoog in een woontoren. Nu heb ik het super naar mijn zin, want in ben ook het eerste jaar van mijn leven een buitenkater geweest, ik woonde wel bij mensen maar ik mocht niet binnen, ik moest muizen vangen, Heb ik dus nooit voor hen gedaan, ik kreeg niet eens een mandje om te slapen, ik moest maar op een betonnen vloer op een doek slapen. Toen ik 1 jaar was mocht ik met mijn vrouwtje mee naar haar huis waar ik nu nog woon. Mijn balkon is heel groot en er is ook van alles te zien en te beleven. Ik heb zelf 2 keer een dikke duif op visite gehad. Jammer dat ik binnen moest blijven van vrouwtje, de eerste keer was het een duif die een dag kwam logeren, nou mooie boel poepte in onze plantenbakken, en dat mag ik nog niet eens. Vrouwtje kon doen wat ze wou maar die gekke duif wilde niet weg, kwam steeds terug. Ik heb 2 keer een lekkere warme twiethap gevangen. De eerste was nog samen met mijn grote vriend Boris. Was wel moeilijk van wie mag wat van die twiet. Wel eerst een rondleiding geven door het hele huis, en vrouwtje mocht ook wat, zij moest alle veertjes met de bromzuiger opruimen en ze mocht ze eerst nog afkluiven. Is toch eerlijk verdeeld vind ik. Ik heb ook veel van die fladder beestje en ik ben een kei in vlinders en libelle’s te vangen. neem ik mee naar binnen en laat ze dan los. Dan wedstrijd met het vrouwtje wie ze weer kan vangen. Ik eet ze op dat snap je wel en vrouwtje doet het met een glas en laat ze weer buiten los. Is geen probleem hoor, want die suffers komen weer wel en dan gaan ze in mijn buik. Ik heb heel veel te kijken hoor, Ik woon tegen de rivier en de Uiterwaarden aan, je snapt heel veel boten, koeien, allemaal grote en kleine vogels en mensen die met hun hond gaan wandelen. Nou ik verveel me dus ook niet en ik wil hier niet meer weg hoor, of vrouwtje moet gaan verhuizen en mij een tuin geven waar ik heel veilig ben en niet uit kan.

    Bolle bedankt weer voor je mooie verhaal en vrouwtje en ik kijken weer uit naar de volgende.
    Van vrouwtje krijg je veel knuffels en kopstoot en poot van je grote vriend Jip

    1. Dag Jip, ik moest lachen om je miereneter! Ik vind mieren makkelijk te vangen, en je hapt ze zo weg. Wat jij doet met libelle’s, dat lukt mij dan weer niet. Ik vind een libelle ook wel een beetje eng, want ze maken zo veel geluid en ze zijn best groot. Knap van jou dat je ze kunt vangen. Je bent een hele goed jager, lees ik al. Ik zal voor je duimen dat er meer duiven op je balkon komen!
      Wat erg dat je vroeger niet naar binnen mocht. Gelukkig dat je het nu fijn hebt met je vrouw!
      Een lief kopje terug voor jou en je vrouw van je vriend Bolle.

  3. Hallo Bolle,

    wat een mooi verhaal heb jij geschreven van je eigen buitenleven. Oooh ik kon het voelen, ik ben heel sensietief Bolle. Maar ik weet niet wat een tuin is. Vroeger woonde ik met me 9 broers en zussen in een binnenhuis. Toen me vrouw mij vond in ze asiel ging ik wonen in een huis in de lucht. We hebbe wel een balkon maar daar kom ik niet zo veel. Ik ben een échte binnenpoes en ik zit graag bij de verwarming. Oooh Bolle maar ik vind jouw verhaal zo spannend. Dat je in een tentje ligt of met ze wapperende buik buiten. Ooooh ik vind het mooi. En ook dat je gevoelig ben. Ik vind gevoelig mooi Bolle, me Bert is stoer en ook gevoelig. Hij kom ook niet meer buiten, ze vrouw heb geen buiten. Ik vind dat wel fijn want als me Bert zou gaan zwerven, heb ik geen leven meer. Maar jij heb een eigen tuin en je ben landeigenaar. Ooooh ik vind dat best groot. Ik bezit alleen me eigen.
    Bolle hoop dat je een warme zondag heb, ik ga nu nog een beetje rieleksen en me Meedietaasie doen. Misschien krijg ik dan nog wel een ektra snek.

    Liefs van Loesje

    1. Dag Loesje, ik vind gevoelig ook mooi. En ik vind dat jongens-en meisjespoezen dat kunnen zijn! En dan ben jij óók nog sensitief!
      Buiten kan gevaarlijk zijn, maar ik ga nooit uit de tuin. Een balkon lijkt me best eng, want dan zit je hoog in de lucht. Ik kan me voorstellen dat je dat niet zo vaak doet.
      En zwerven is helemaal eng, dat vind geen enkele kat fijn.
      Misschien kan ik voogende zomer iedereen uitnodigen in mijn tuin! Jou en Bert, en Katrientje, en Jip. En Kyana, de bebie en haar familie. En misschien wel nog meer katten die dat willen. Maar we kunnen niet met zijn allen in mijn tent, denk ik. Ik vraag wel of mijn mensen dan ook wat extra dozen en kussens en mandjes neerzetten.
      Ben je weer een beetje bijgekomen van de spanning van je kurzus? En heb je een extra snek gekregen?
      Een lief kopje van Bolle.

  4. Goedemorgen Oom Bolle. Hier even een bericht van Kyana. Ik was u niet vergeten hoor maar ik had het druk. Ik eet nu mijn brokjes natvoer ik klim en klauter en ik loop door het hele huis. Behalve beneden want dan moet ik de trap af en dat durf ik nog niet. Maar woont u mooi binnen en buiten. Ik heb hier ook buiten het balkon maar daar mag ik nog niet op. Het is nu te koud voor mij en ik moet nog mijn prikjes krijgen en een chips. En ik weet buiten moet ik voorzichtig zijn zeker met de prikkers. Mijn vrouwtje is daar bang van omdat ze ooit eens gestoken is terwijl ze rustig zat te lezen. Pats zo in haar oksel. En ik heb al gejaagd met een muis met veertjes maar die veertjes zijn eraf. Ik heb wel aan mijn vrouwtje een tent gevraagd die lijkt mij zo cool. Oh Oom Bolle ik hoop dat u weer zult schrijven hoor

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *