Alle berichten van Chef

Kever heeft een mening over drie Kevers

Nu het winter is merk ik wel dat ik geen fijf of acht jaaren meer ben, en al helemáál geen beebiekitten meer, als je jong bent maakt de kau je niet veel uit, en zeker als je nog maar een mini bent ben je de hele dag aan het speelen en ontdekken en groeien, zonder je iets aan te trekken van kau of reegen.

Ikzelf heb al heel veel dingen ontdekt en ik hoef niet meer te groeien maar speelen doe ik nog wel, alleen niet meer de hele dag, een paar minuutjes per keer find ik genoeg, ik bedoel maar: hoe vaak kan je een pluusjen muis fangen?, omdat ik een seeniejor katerjongen ben heb ik wel belangrijkere dingen te doen, mijn vrouw roept nu Slapen zeker!, en ja, dat wilde ik dus net gaan fertellen.

Auder

Deze winter heb ik voor het eerst ontdekt hoe heerlijk het is om lekker in mijn warme kermusmand te slapen, en dan bedoel ik niet alleen in de nacht, maar ook oferdag, dat deed ik nooit, in forige jaaren snapte ik de winter nog niet zo goed en ferfeelde ik me de hele tijd, maar dit jaar ga ik efentjes buiten een plasje of een poeps doen en ik kom meteen weer binnen om geborsteld of gekamd te worden, dan speel ik met mijn ketnipmuis of mijn ketnipaarbei en daarna kruip ik zó weer in mijn mand bij de ferwarming om te knorren.

Mijn mensen moesten er aan wennen, en ik hoorde mijn man zeggen dat hij er een beetje ferdrietig van wordt, omdat het laat zien dat ik auder ben geworden, daar moest ik over nadenken, over dat auder worden, en ik kwam tot de konkluusie dat het niet anders kan.

Drie

Ik kan alleen maar fooruit leefen en niet achteruit, stel je voor: ik moet er niet aan denken dat ik weer een beebiekitten zau worden en heel druk zau moeten doen!, ik ben juist blij dat ik een erfaren audere katerjongen ben die geleerd heeft dat het fantasties is om in een kersmusmand te liggen dromen over mijn furkering Milamuis, over snekkies, of over de zomer.

Ik ben al jong geweest en dat draag ik nog met me mee, kleine Kever woont in mijn hoofd, net als de Kever die folwassen was maar nog niet echt auder, PLUS nog seeniejor Kever, er zijn dus eigenlijk wel drie Kevers in mijn hoofd, en zo heb ik echt keiveel erfaaring!

Maar ik denk dat ik wel een beetje snap wat mijn man bedoelt, hij denkt er aan dat onze tijd Saame die we nog voor ons hebben steeds korter wordt, en dat is waar, maar we hebben al een tijd Saame achter ons, en die zit in ons hart en ons hoofd, nu op dit mooment zijn we ook Saame, en hoe lang dat gaat duuren weeten alleen de sterren maar zij hauden dat geheim, ik zau het ook niet willen weeten van teforen, wat heb je daaraan?, dus foorlopig gaan we met zijn drietjes fooruit en worden we auder, gelukkig maar.

***

Ik stuur heel veel kopjes naar Mio, en naar mevrouw Jeanine, en ik zwaai naar een klein rond sterretje dat Tollie heet.

Joep heeft zin in de lente

Donderdag was er ineens zon. En blauwe lucht met witte wolken. Tenminste, dat laatste vertelde m’n personeel me, want zelf zie ik niet alle kleuren die zij zien. Maar ik kan wel heel goed in ‘t donker kijken, en dat kunnen zij dan weer niet. Ik merk dat zij, net als ik, heel blij worden van zon en mooie blauwe luchten en witte wolkjes. Dat voel ik gewoon, en dan genieten we saame. Lekker buiten in de tuin, alsof het alweer voorjaar is. Verschil is alleen nog dat m’n personeel met een dikke jas aan in de tuinstoelen zit, dus ik denk dat het nog niet zo ver is.

Knuffels

Toch kan ik de lente alweer bijna ruiken. En ik zie ‘t ook denk ik, want in m’n tuin zitten alweer hele kleine puntjes op de kale takken. Die schijnen groen te zijn, of wit, of een kleur daar tussenin. Daar komen als ‘t weer wat warmer wordt dan ineens allemaal kleine blaadjes uit, die steeds groterderder groeien, tot alle takken weer bedekt zijn met groen. En dan weet ik ‘t helemaal zeker dat het weer voorjaar is geworden.

Gisteren was weer nat en grauw en veuls te koud om lekker veel buiten te zijn, dus ik ben binnen boven in ‘t mandje van m’n kaktuskrabpaal gaan liggen nadenken. Over wat ik allemaal ga doen als de lente weer komt. Want als jonge katermans wil ik natuurlijk wel goed voorbereid zijn als ik straks weer vaker naar buiten ga.
Want dan wil ik spelen, nog meer leren en ontdekken. Zwemmen in m’n wedstrijdbad naast ‘t achterpad. Rennen door ‘t weiland daarnaast, op zoek naar muizen. Boompje klimmen, slootje springen en verstoppertje spelen in ‘t hoge gras, saame met m’n vrienden. Alleen nog maar thuiskomen om te dutten na een lange dag, of om te eten als ik honger heb. Of omdat ik aan de stem van m’n personeel hoor dat ze me missen als ze m’n naam roepen. Want ook als straks de zon vaker gaat schijnen en ‘t buiten weer lekker warm wordt, wil ik tijd maken om met m’n personeel te knuffelen. Gewoon, omdat dat heel errug lekker is.

Buiten

Als dan de lente weer zomer wordt dan komen er hopelijk ook weer feesten. Ik kijk er nou alweer naar uit om al m’n vrienden weer te ontmoeten, bij te mauwen onder ‘t genot van een hapje en een drankje. Dan wordt ‘t ook weer flink aanpoten met Japie, want zijn bedrijf Muisbezorgd gaat ‘t dan nóg drukker krijgen met al die grote bestellingen. Ik sta alweer te trappelen om de poten uit de mouwen te steken om ook dit feestseizoen de koelwagens vol te kunnen afleveren. En ik hoop natuurlijk dat Chef Tiga dan ook weer van de partij is. Hij heeft deze wintermaanden vast een heleboel overheerlijke recepten verzonnen waar ‘t water me nu alweer van uit de bek loopt bij de gedachte alleen al…
Misschien ga ik dit jaar m’n tweede weilandfeest wel organiseren, want het was vorig jaar zó ontzettend gezellig. Maar ja, ga ik dan weer voor die grote dubbele wokkelglijbaan, of ga ik op zoek naar een ander spektakel? En zou Leootje dan ook wel weer voor een live verbinding willen zorgen? En zou iedereen die er vorig jaar bij was ook wel weer willen komen?

Binnen

Terwijl ik nu al m’n gedachten door zit te mauwen en de letters op de leptop verschijnen kijk ik naar buiten. De lucht is grijs en ‘t regent. Alweer. Of nog steeds?
Zo te zien heb ik nog heel veel tijd om te bedenken wat ik allemaal weer ga doen als de winter voorbij is. Dat heeft nog helemaal geen haast dus straks ga ik eerst maar ‘s lekker ontbijten en daarna een dutje doen. En als ik dan wakker wordt en de zon is er nog steeds niet, ga ik met m’n personeel spelen. Of knuffelen. Of misschien wel allebei. Want ik denk dat ‘t nog wel even kan gaan duren voordat ‘t weer lente wordt…

Stevige poot en zachte kopjes,
Joep

Mila en de tennisbal

Lieve allemaal, fandaag zijn we weer eens stapje dichterbij de lente en dat is fijn. Dan kunnen we weer lekker naar buiten het warme zonnetje opzoeken. Ik kijk er zo heel erg naar uit. Van mij mag de zon elke dag komen zoals de zon in de lente en zomer is. Dan geniet ik het meest als ik buiten ben in de tuin. Maar nu vind ik het nog een beetje zo heel erg te fris. Dus ik ga liever binnen aktief zijn.

Spurt

Laatst had ik iets zo heel raars. Ik had een beetje een kriebel of een spurt in mijn lijfje en ik wist eefe niet zo heel goed hoe, wat of waar. Want had ik nou zin om te rennen of toch ook weer niet of was het dat ik wilde springen?
Het begon eigenlijk zo een heel beetje bij mijn voorpoten. Die wilde iets dus daar luisterde ik naar. Eerst ging mijn linkervoorpoot zo beweege en toen het rechter. Nou stond ik twee pootjes verder. In mijn achterpootjes voelde ik hetzelfde als bij de voorpoten en deze deden ook beweege. Nu was ik al vier pootjes verder maar ik had nog stees die kriebel.

Kriebel

Mijn vrouw was er ook, die was met ooma bezig op de zolder. En natuurlijk moet ik daarbij zijn dus van vierpootjes ging ik naar de zolder met heel veel pootjes. Daar kreeg ik kriebels en kusjes van mijn vrouw want dat doet ze altijd. Nou stond ik daar eefe en had ik weer die kriebel in mij lijf. Ik keek mijn vrouw aan van wat moet ik nou?
Mijn vrouw snapte dit en ging mee opzoek. Toen zag ze iets liggen, een tennisbal. Mieltje, kijk dan!, riep ze naar me. Oooo wat heb je daar? Nou was ik nieuwsgierig. Mijn vrouw bewoog de tennisbal eerst in haar hand op en neer maar ik was al helemaal in ze fookus. Zij ging van links naar rechts met haar hand en de tennisbal maar mijn kop ook, die deed gewoon mee.

Toen rolde ze de bal inees over de vloer heen naar de andere kant. Eerst bleef ik eefe staan om te kijken wat er nog meer gebeurde. Ik bleef gewoon wachten. Mijn vrouw liep op de bal af, pakte hem en rolde hem weer over de vloer.
Nou ging ik er met een vaart achteraan! Met al mijn pootjes sprong ik omhoog over de bal om de bal te pakken. BAM! Ik landde zo op de bal. Ik viel op mijn zij met de bal tussen alle vier mijn pootjes. Ik zal jou hebben!, dacht ik en ik deed zo inees heel kei hard trappen met achterpootjes. Mijn voorpootjes hielden de bal vast zodat deze niet weg kon. Ik deed zo heel veel en heel snel tegen de bal trappen en toen kwam er eefe een pause.

Klaar

Mijn lijf was helemaal aktief geworre en ik voelde nog een beetje een kriebel van binnen. Daar ging ik weer met mijn achterpootjes. Zo hard en zo snel als ik kon deed ik trappen. De tennisbal had geen kans van ontsnappen. Ik deed zoveel trappen dat de vacht van de tennisbal nog verder los was geraakt. Nou was het bijna alleen maar een bal.
En opeens had ik er geen zin meer in. Ik voelde geen kriebel of spurt in mijn lijf. Nee. Er was niks meer. Ik lag daar met de tennisbal tussen mijn voorpootjes en ik dacht aan allemaal andere dingen. Dingen zoals waar ik zou gaan dutten of wat ik zou gaan snekken. Dingen zoals kriebels halen bij mijn vrouw of ga ik bij mijn manspersoon op de buik slapen. Ik was helemaal klaar. Ik voelde me niet eens meer aktief.

Beneden

Ik stond op, keek niet meer naar de bal en liep naar beneden. Daar ging ik wat brokjes eten. Mijn bakje staat op mijn paal wegens dat Toby het niet mag hebben maar wel heel graag eet. Hij wordt dan zo heel erg ziek en dat wil ik niet. Daarna ben ik eefe op de vensterbank gaan zitten om naar buiten te kijken. Dat vind ik zo heel erg fijn want de verwarming is nog aan en dat voel ik dan. Ik heb ook nog eefe bij de visjes gezeten om te kijken of ze het allemaal nog goed doen en dat doen ze.
Oja en de beebieplantjes was zo heel iets stoms. Mijn vrouw was vergeete om ze water te geefe en nou doen ze het niet meer. Dat vind ik wel jammer want ik vind plantjes ook zo mooi om te zien. Misschien gaat het de volgende keer beter. Dan miauw ik wel wat harder dat ze de plantjes niet mag vergeten.

Ik geef iedereen een super zacht neusje omdat het soms echt nodig is.

Poot getekend, mienister van zachte zaake,

Mila muis

Minnie heeft een flinke werkdag

Brrr wat is het koud buiten he. Gelukkig kan ik als binnenkat gewoon binnen blijven en kan ik mijn straatcontrole prima vanachter glas doen. Ik kan redelijk hard mauwen dus mensen en dieren horen me toch wel. En als ze niet luisteren dan laat ik mijn gefaarlijke tandjes zien of mijn mooie stilletoos. Dat helpt meestal wel. Foor de rest ben ik een heel freedeliefend poesje hoor geen zorgen.

Fandaag wil ik het met jullie mauwen oofer de dag met de donder er in. De dag begon als alle andere dat we dat is Frau en ik saame opstonden van de groote mensenmand. Zij deed haar vagtje aan en ik schudde het mijne ff uit de kreukels. Het was een beetje in de war gaan zitten fan het slaape. Hebben juliie dat ook wel eens? Als je dan ff lekker met je lichaampje heen en weer schud dan zit alles weer netjes lekker op z’n plaats vind ik altijd.

Werken

Nou en toen kon de dag beginnen. Ik at een brokje en zij nam een slokje. Daarna nam zij een brokje (tweebeners noemen dat muslie) en ik een slokje. Daarna ging ze nog wat brokjes maken foor onderweg. Oh wat zeg je Frau. Ah die brokjes zijn niet foor onderweg maar voor op haar werk. Foor tijdens brokjes furdienen dus. Nou en toen ze daar mee klaar was onder goed toezicht van mij toen ging ze de deur door.
Ze keek om en zei, lieve Minnie, ik ben vanavond wat later thuis. Oh miauw mauwde ik. Wat is er dan? Ik moet naar een afond ding van brokjes furrdienen. Het is verplicht. Mauw dat is me ook wat. Ze had wel extra veel brokjes in mijn brokjesbakje gedaan en lekker veel vers water in mijn waterbakje. Dus ik zwaaide haar uit met mijn pootje en ging ook met mijn dag beginnen.
Eerst dribbelde ik naar de gang om daar bij de voordeur te checken of daar alles in orde was. Mauw check dat was zo. Toen even naar de deur van de MinKeef gemauwd. Foor de zekerheid dat er echt niemand achter die deur zit. Daarna dribbelde ik naar de trap. Hop hop hop zo naar boofe. Sprong eerst op de wasmachine en van de wasmachine op het kleine fensterbankje wat daar is. Vanaf daar heb je het beste uitzicht oofer de hele straat.
Alleen kan niemand je zien als je zo hoog zit. Nou ja bijna niemand, de fooguls zien je wel. Maar iedereen op straat niet. Dus je kan mauwen of je tandjes laten zien tot je een ons weegt maar er is niemand die zich daar wat van aantrekt. Dus daarom ging ik daarna ook nog even naar de fensterbank bij de groote mensenmand. Die is wat lager zodat ik wat beter de controle kan houden.

Toen ik daarmee klaar was ging ik er even uitgebreid en goed foor liggen. Want het was tijd voor een lekkere ontspannende dut. Fan al dat werken en controleren word je moe hoor. Daarna ben ik nog wat brokjes gaan happen, heb ik nog wat geluierd en in de middag nog een keer een controle rondje gedaan. Toen het donker werd wilde ik al bijna klaar gaan zitten bij de deur om Frau op te wachten tot ik me herinnerde dat ze later thuis zou komen.

Wachten

Dus toen ben ik maar op de bank gekropen en ben ik op de aaipet maar wat kattefilmpjes gaan kijken. Sommige katten zijn echt slim joh met wat zij allemaal uithalen hihi. Heb een paar ideetjes erfan ik mijn koppie opgeslagen. En toen ineens hoorde ik de deur gaan. Miauw! Frau je bent thuis! Ik ging meteen met mijn kopje tegen haar benen aan aaien. Hoi liefe Minnie heb je me gemist? Miauw knikte ik. Kom, dan krijg je wat natfoer van me. En toen ik dat zo lekker zat op te smikkelen toen liet ze me een tasje zien. Kijk eens Minnie wat ik van een collega heb gehad? Dat is speciaal voor jou! Dus ik keek met haar mee en zag twee gloedje nieuwe etensbakjes. Op de bodem stond een poes afgebeeld. Dat is Siepie zei ze. Leuk he! Miauw mauwde ik. Als het maar lekker eet. Frau deed mijn brokjes erin en ik probeerde het voorzichtig. Kraak kraak, ja hoor dit eet prima! Toen waren we allebei tevreden en gingen we op de bank lekker samen knuffelen.
Nou dit was het weer voor deze keer. Meetetteren voor vrede helpt echt volgens mij dus zullen we dat allemaal blijven doen?
Pootje van Minnie

Lucky en de vogel-tv in Krullieland

Lieve allemaal, hier ben ik weer vanuit een niet al te zonnig en vooral nogal koud Krullieland. Ik kom momenteel niet veel in de tuin want soms is het echt veel te koud daarvoor (eigenlijk alle dagen wel) en eerder deze week was het toch echt zo raar. Je kon amper meer de tuin aan het einde zien of eigenlijk helemaal niet als ik eerlijk ben. Net alsof ze een wit gordijn hadden dichtgetrokken en onze tuin ineens veel kleiner geworden was. Dat noemen ze nu mist zei mijn vrouw maar echt, ik vond het maar heel raar en was blij dat het later weg was hoor. Het kan toch niet zomaar dat ze je tuin dan ineens een stuk kleiner maken denk ik dan maar weer.

Sneeuw

Anyway (dat heb ik van Molly geleerd want zij is een halve Britse korthaar en praat soms Engelands), ik slaap de laatste tijd nogal veel maar dat neemt niet weg dat ik toch wel wat te vertellen heb. Mijn vrouw heeft verteld dat er hier aan het begin van de straat een poezenbeest woont. Een cypers met witte zei ze en die zit vaak voor het raam naar buiten te kijken. Ik weet niet of deze poezel ook buiten komt trouwens maar dat zou kunnen. Ze kwam een paar dagen geleden enthousiast thuis met de mededeling dat daar, in datzelfde huis, ook een zwart witte poezel woont, een heel grote. Dus ik miauw terug: nou, ik denk dat die af en toe bij ons in de tuin te zien is.
Vorige week, toen er weer een mooi laagje witte vlokken op het gras achter was gevallen, zat ik lekker boven de warme plaat op een zacht kleedje naar buiten te kijken. Zie ik me daar toch ineens een andere kattenmans in de tuin verschijnen. Het was een cypers witte maar met niet zoveel wit als de kat die mijn vrouw beschreef en die vooraan in de straat woont. En omdat zij hem ook zag, bedacht ze wel dat dit een andere was. De kat zat heel stil naar een grote struik in onze tuin te staren. En maar te staren en te staren zodat we toch echt begonnen te denken dat er iets aan de poot was daar. Toen de kat een stukje begon te lopen, kwam ineens een groot zwart wit exemplaar uit de struik gewandeld en toen begon het mooiste: ze gingen achter elkaar aan rennen!

Moos

Dat was toch echt een prachtig stukje kattentelevisie om te kijken moet ik zeggen. Ik kijk ook dagelijks naar vogel-tv hier maar dit was heel bijzonder en jullie snappen wel dat ik alles goed in de gaten gehouden heb. Toen beide poezels verdwenen waren, wilde ik ondanks de witte koude laag op het gras toch even naar buiten toe om te inspekdingesen of alles veilig was en ze weer naar hun eigen huisje vertrokken waren. Ik heb een hele poos sporen staan besnuffelen en goed gezocht maar ze waren er niet meer. Dat is niet erg hoor want ik vond het wel leuk ze te zien.
Ik denk dat het misschien net een beetje is zoals bij Kever, die ook in de blog over zijn tuinvrienden schrijft. Hij wil ook liever niet dat ze binnen komen en van zijn brokjes eten en ik denk dat zoiets voor mij ook niet per se hoeft.
Ik vind het leuk dat ze er zijn maar wel een beetje op afstand en misschien kunnen wij dan ook een soort tuinvrienden worden. Niet dat ze hier trouwens echt uit de lucht kwamen vallen zoals Mikkie bij Keef doet hoor. Ik denk dat ze via het weiland hierachter komen maar zover ben ik nog niet geweest. Daarmee wacht ik wel tot het beter weer wordt.
Heb trouwens pas toen er sneeuw was ook muisjes gezien. Nu ja, zeg maar muizen want ze leken me erg groot in vergelijking met de muisjes die ik in onze vorige tuin wel eens zag. Ik zag er pas eentje heel hard rennen door de tuin en hij stak meteen de stoep ook maar over. Ik ga Dropje eens vragen of zij mee wil naar buiten zodat we samen op jacht kunnen gaan. Zij kan dat namelijk heel goed en zo’n grote muis moeten we misschien beter eens met zijn tweetjes opsporen. Zij komt tegenwoordig veel meer beneden dan eerst en ik denk dat ze met zonnig weer wel samen met mij naar buiten wil.
Misschien nemen we Moos dan ook mee. Die kan ik nog veel uitleggen want de laatste weken doet hij echt allerlei dingen die ik allang doe en ik kan hem buiten meteen wegwijs maken. Dat lijkt me een gezellig en goed plan ook. Wat denken jullie?

Knuffels van Lucky en de rest