Woef! Hooooooooi snorremansen en miauwers, jaaaa het pootballen is zo leuk! Iedereen doet mee in de reacties. De bal gaat van link naar rechts onder de poten door en zo overal heen!

Samen is het zo leuk om met een bal te spelen. Eerst was de bal altijd van mij! Mijn bal!!, maar nu… iedereen doet mee en nu is het zooooo leuk!! Jaaaaa allemaal pootballen! Voor onze volgende wedstrijd pootballen heb ik koekjes gehaald. Koekjes! Ooo lekker. En voor jullie heb ik snacks gehaald. Mijn katerbroer Bram heeft geholpen. Kipssmaak is de beste. Nou snorrenmansen en miawers, ik ben er klaar voor!!

Halsband

Vandaag ga ik weer lekker naar buiten. Het weer is droog en de zon schijnt. Dat verteld mij dat ik veel andere woefers ga zien. Jaaaa dat zo leuk! Er worden meestal overal koekjes uitgedeeld. Dan ben ik er ook!! Sommige mag ik niet hebben wegens dat mijn buik niet helemaal goed is maar als mijn mens het niet ziet, zie ik het ook niet. En die koekjes zijn het aller lekkerst!!
Als ik met mijn mens ga wandelen moet ik een halsband aan omdat ik soms gewoon wegren achter iets aan. Meestal ruikt het dan lekker en dan wil ik weten of ik het kan eten. En nu kan mijn mens de halsband op slot zetten. Dan kan ik niet verder lopen dan de lijn die ik heb. Dat is zo dat ik al dat lekkere spul niet op eet. Anders is het weer naar de witte jas!

In het bos

Op weg naar het bos kom ik vrienden tegen en die begroet ik. Een van hen zag een eekhoorn de boom in rennen. Dat zie ik soms ook. Dan woef ik er op los van ‘heeeej waar ga je heen?, wie ben je? Heb jij ook koekjes?’. Soms rennen ze kei snel. Ik kan ook snel rennen! Woef. Maar dan heb ik geen halsband om.
Koekje!! Oooo eerst even een koekje, jaaa dat hoort zo. Mijn mens heeft ze in haar jas zak en als ik op mijn achterpoten sta, kan ik er mooi bij. De zak heeft ook een rits waarmee ik er dus niet in kan. Woef! Op naar de velden want ik wil net zo snel rennen als de eekhoorn. Kom op, dan gaan we! Met je linkerpoot voor en je linkerachterpoot mee en dan de rechterpoot voor met de rechterachterpoot mee. Woef, ik ben blij vandaag want ik ben aan de wandel in het bos.

Naar de velden

Oooo even wachten, wie ruik ik hier? Oh is het echt zo? Er gaan verhalen rond over dat hier fazanten zitten. Dat zijn herrie makers. Woef!! Die gaan schreeuwen als ze je zien. Nou dat doet pijn aan je oren. Ik maak even een plasje om te zeggen dat ik ze niet gezien heb.
Zo, nou op naar de velden. Jaaaa, we lopen met ons mooiste poot voor en ik wil graag los van de halsband. Mijn mens verteld me dat geduld moet hebben en dat we er zo zijn. Maar ik wil zo graag!! Jaaaaa lekker los lopen. Als ik de bocht om ben zie ik een paar ander woefers. Heeeej allemaal, hoe is het? Wat spelen jullie? Oooo dat is leuk!! Ik wil graag naar de weides dus ik speel de volgende keer mee.

Ik mag los

Dan ineens hoor ik de commando ‘Toby, sit’. Ooooo ik mag los!! Nou mijn billen gaan meteen hoor. Ben je er klaar voor vraagt mijn mens. Nou en of!! Kom maar op, op drie….. twee….. één.. en gaan!!! Jaaaaaa Lekker los van de halsband. Nu ben ik een vos. Een snelle vos. Ik ga om de hele grote boom en dan maak ik snelle bochten. Dan een bocht naar rechts en dan weer een. Ik ga als een speer zo snel. Weeeeeee. Hop hop hop ik maak kleine sprongetjes zodat ik nog sneller kan zijn!! Over de takken en door het gras zo snel als ik kan.
Dan moet ik even een pauze hebben. Ik moet even zitten. Draai jij je even om? En dan ben ik klaar. Ik spaai met mijn achterpoten het zand over mijn hoopje en dan spurt ik weg. Tijd voor koekjes! Jaaaa, een lekker koekje. En dan, dan ga ik nog een keertje.
Mijn mens roept mijn naam en ik zie dat ze een stok heeft! Die wil ik!! Gooi!! goooooi hem nou!! De stok gaat de lucht in en ik ben zo snel als een vos. Laag op de grond met een dikke flos staart, woef! Binnen een paar happen lucht heb ik de stok gevangen. Ik wil nog een keer! De stok breng ik terug en ze gooit hem nog een paar keer. Ik vang de stok goed en ik ren nog even lekker door het gras heen voordat ik merk dat ik een beetje moe ben. Zullen we gaan vraagt mijn mens. Nou, laten we dat maar doen. Ik vind het stokvangen en loslopen erg fijn maar het maakt me ook moe.
Nu ben ik toe aan een snack en wat water want ik heb dorst van het rennen. Eerst even zitten zodat de halsband weer aan kan en dan op naar huis. Tot het volgende avontuur!