Tag archieven: samenwonen

Loesje vertelt: over vertrouwen…

vertrouwen

Soms lig ik op me paal en kijk ik naar buiten. U weet ik ben een poes met veel emoozie, maar ik denk ook veel na. Over me leven maar ook over me eigen.

Dat ik zelfonderzoek doe, dat helpt bij me eigen ontplooien. Nu ik ook schrijf voor me verkering Bert merk ik dat me vertrouwen best groter is geworden. Vertrouwen in me eigen, ik durf nu meer. Ik durf te schrijven over wat ik meemaak in me leven. Maar ik durf ook me emoozie met u te delen en me gedachten.

Me paal

Deze week heb ik veel op me hoge paal gelegen. Voor me meeditaasie maar ook voor me denken. Hij heb sterke schroeven dus dat U zich geen zorgen maakt dat me paal instort onder me gewicht. Ik vertrouw me paal, ik voel me veilig. En om gelukkig te kunnen zijn is vertrouwen belangrijk. Vroeger had ik geen vertrouwen en was ik niet gelukkig. Hoe ik vertrouwen zie van me eigen wil ik graag met u delen.

Samenwonen

Als je samenwoont is het belangrijk dat je de ander kan vertrouwen. Me vrouw heb me meegenomen uit ze asiel en ik zeg u eerlijk, ik kende haar niet. Maar nu woon ik alweer 10 jaar met haar in me huis. In het begin had ik geen vertrouwen maar ik liet me wel voorzichtig aaien. Ik dacht dan aan me eten. Voor me eigen is eten het belangrijkste. Dus toen me vrouw me eten gaf ging me hartje open en ook me bek. Ik mocht alles zelf opeten! En wat nog belangrijker was, ik kreeg iedere dag eten. Ik kreeg me brokke en me vrouw gaf me ook tonijn. Ik kan u niet in woorden uitleggen wat er toen in me hart gebeurde. Ik moest spinnen en eten tegelijk, maar ik wilde ook kopjes geven van dankbaar zijn. Ik heb toen wel me eten uitgespuugd, ik voelde zoveel emoozie. Me vrouw bleef rustig maar ik wist me eigen geen raad. Moest ik rennen of rollen? Ik was het niet gewend en ik kreeg me eten zelfs iedere dag. Toen heb ik me eerste vertrouwen gekregen. Me vertrouwen dat er eten is en ook dat ik weet wanneer. Dat ik me daar geen zorgen over hoef te maken.

Wennen

Als vertrouwen groeit dan durf je meer. Ik durf bij me vrouw op schoot en ik durf ook op me vrouw te liggen als ze slaapt. Maar u weet ik ben een maatje meer van me eigen dus soms kan me vrouw ze bed niet uit. Ik slaap dan wel heerlijk, hoog en warm. Ik ken me vrouw nu ook beter, ik weet dat ze rustig is dus dan durf ik ook bovenop me vrouw te slapen.
Maar u weet me vrouw moet ook werken, voor me tonijn enzo. Dan is ze er niet en slaap ik met me eigen. Soms ook met Floris of Zusje maar dat is anders. Ik moest heel erg wennen dat me vrouw er soms niet is. Ik moest leren vertrouwen dat ze weer terugkomt en dat ze dan tonijn meebrengt. Als ze weg is geweest moet ik altijd aan me vrouw ruiken, dat ik wel me eigen vrouw terug krijg. Want een andere vrouw wil ik niet, dat heb ik voor me eigen wel besloten. Ik wil bij me vrouw blijven want ik vertrouw haar. Ze begrijpt mij en ze heb ook veel verstand van vis.

Verkering

En ik moest ook nadenken over vertrouwen als je niet samenwoont. Als je verkering heb en je woont ieder in ze eigen huis. Me Bert en ik hebben nu bijna twee en een half jaar verkering en me Bert woont nog bij ze vrouw. Hij heb het goed thuis. Dat vind ik wel belangrijk als je niet samenwoont, dat je wel een goed thuis heb. Ik heb van me eigen ook niks te klagen en me vrouw ook niet.

Katzwijm

Bert en ik zien elkaar iedere dag op ze Feesboek. Me Bert is een bekende katerman, hij heb veel media. Me Bert is een mediakater en dan ben je wel poopulair. Hij heb heel veel fens, ook van ze poezen. Ik zeg u in me vertrouwen, soms ben ik best onzeker. Me Bert hoef maar met ze poot te zwaaien en ze poezen vallen in katzwijm. Ik ben bescheiden en van me eigen ook verlegen. Me Bert en ik praten wel over ze poopulaariteit. Hij zeg dat ik me geen zorgen hoef te maken, dat hij mij heb gevraagd voor ze verkering. Oooh maar als poes in deze wereld, ik heb het toch moeten ervaare. Dat me Bert trouw is en dat ik me Bert kan vertrouwen. Dat ik rustig op me paal kan liggen. Dat niet alleen me schroeven goed vast zitten, maar ook me verkering. En ik kan u wel zegge, me Bert is trouw. Hij kijk misschien wel, want hij is ook gezond door ze sportbrokke. En atleeties. Maar me Bert is nooit ontrouw. Ik voel in me hart dat het goed is. In me hart zijn we altijd samen. Dat is belangrijk, dat je hart het antwoord heb.
Dan kan je vertrouwen zonder dat je altijd samen ben van ze eigen. En als je zo gek ben op iemand zoals ik op me Bert, dan is vertrouwen net zo belangrijk als me tonijn.

Kurzus

Ook had ik nooit gedacht dat ik zoveel vertrouwen in me eigen zou hebben, dat ik me kurzus zou durven geven. Maar me Bert heb me heel goed geholpen en hij heb me vertrouwen gegeven. Ik wist niet dat dat kon, iemand vertrouwen geven maar me Bert weet hoe dat moet. Hij zei, Loes je kan het! Maar ik was onzeker van me eigen en ik had veel spanning. Ik leerde dat het vertrouwen van me Bert, me eigen katerman, me het juiste zetje gaf. En ik kreeg veel steun van iedereen die me oefening meedeed. Ik voelde me vertrouwen groeien en me tonijn smaakte nóg beter. Me vrouw gaf me knuffels en ik kreeg ook Sardiene. Ik voelde ineens ook vertrouwen in me visboer.

Nu is niet alleen me lijf een maatje meer, maar ook me vertrouwen. Me paal kan het dragen. U weet het zijn sterke schroeven die me eigen gewicht kunnen dragen!

Liefs van Loesje

Slaapt u ook zo veel? Nou ik wel

slaapt Slaapt u ook zo veel? Nou ik wel. Soms ben ik wakker en dan gaap ik. Daarna kan ik weer slapen. Gezellig, hoor.

Het is natuurlijk wel zo dat ik een kater ben die samenwoont. Dan moet je met elkaar rekening houden. En dat is soms best een dingetje. Daar ga ik het over hebben.

Nacht

Vannacht had ik niet zo’n zin om te slapen. Toen mijn vrouw naar bed ging, liep ik mee naar boven. Dat was ook voor de knuffels die ik altijd op bed krijg. En toen zij bijna sliep, sprong ik het bed uit, rende de trap af (ze riep me nog dacht ik) en ging lekker in de vensterbank zitten om naar de nacht te kijken.
De nacht is spannend. Er zijn lichtjes. Ik kan auto’s zien rijden. Ik weet niet, het voelt gewoon anders.
Soms speel ik even met een balletje. Een beetje tikken en rennen.  Soms ga ik op bed een uurtje meeslapen en tegen de ochtend ga ik kijken of ze al wakker is.

Overdag

Ja en dan is het overdag.  Ik bedoel dan begint het overdag.  Dan is het toch geven en nemen hoor als je samenwoont. Want ik ben moe van de nacht dus ik wil heel veel lange zachte knuffels, ook dat lekkere borstkroelen en zeker weten vachthappen. En ik wil ook dat we samen de brokjesbal doen, dus zij schudt de brokjes eruit en ik eet ze. Vind ik gezellig. Gemakkelijk is het ook.
En zij wil koffie drinken en gaan computeren, en telefoneren en weet ik wat allemaal, dus dat is iets anders dan ik wil.

Samen

Dus we doen eerst wat ik wil, en daarna ga ik slapen, want dan kan ze doen wat zij wil. Tussendoor als ik even wakker ben, dan heb ik een knuffel nodig en die geeft ze dan ook. Dat is samenwonen, en ik vind dat ik er best goed in ben, als ik dat mag zeggen.

Arie (7) en Saartje (3) over samenwonen

Saartje en onder Arie

Saartje is een jonge poes. Arie is een kater in de kracht van zijn leven. Ze wonen samen. Aan mij vertelden ze hoe ze dat ervaren en ook, hoe het begon. Een dubbelinterview dus!!

 

Hoe is dat samenwonen begonnen, Arie?

Nou Bert, dat was best wel een beetje vreemd. Ik was toen vier en had net
mijn broer Tommy (ook vier) verloren. Toen kwam zij zomaar opeens van de
Poezenboot, en ze was pas tien maanden.


Dan ben je pas een kitten. Jij was al vier. Hoe ging dat in het begin?

Eerst heeft ze een week in een apart kamertje gezeten, zodat we allebei konden wennen aan de geur en we hoorden elkaar ook wel toen. Zij vond het hier meteen leuk, want zij kwam vanuit een hokje en dan vind je natuurlijk alles fijn. Saartje wilde best wel bij mij zijn,  maar ik ben toch een beetje een rare jongen, ik ben ook best wel lief hoor, maar ik wilde dat gewoon niet. Ik denk dat jij dat wel begrijpt.
We hebben ook best wel veel gevochten, maar we zijn wel veel liever voor elkaar nu, met Feliway en druppeltjes in ons water, het gaat steeds een beetje beter.

We wonen nu bijna 2,5 jaar samen. Maar bij elkaar slapen, en wassen enzo, nou dat doen we niet samen.
Snap ik, Arie. Wat een tijd is dat geweest. Nou ben je gelukkig meer aan elkaar gewend. Wat is het fijnste dat jullie samen doen?

Weet je Bertje, wat leuk is, dat is samen spelen, wij hebben zo veel speeltjes!
Saartje kan heel goed voetballen en zij vindt ook allerlei leuke spelletjes uit. En daar ben ik  heel eerlijk in, dat kan ze echt goed!
Ik kijk dan wat ze allemaal doet, soms ben ik wel eens een beetje jaloers op al die spelletjes die ze bedenkt, maar ik doe ook wel mee hoor… En trouwens, zelf kan ik ook heel goed voetballen! Onze vrouw zou het fijn vinden als wij eens wat samen zouden vrijen, soms liggen we wel naast elkaar op de bank ofzo.
Verder gaan we nog niet hoor!

 

Nu wil ik Saartje iets vragen. Jij bent de jongste thuis. Kun je iets vertellen over jouw achtergrond?

Dag Bertje, ja, nou ben ik aan de beurt! Ik ben echt de jongste hoor.
De dokter denkt dat ik op 1 december 2013 ben geboren, maar hij weet het niet precies, ik was nog nooit bij een dokter geweest voor ik op die boot kwam, daarvoor had ik het niet zo leuk, die mensen vonden mij ook niet leuk en hebben mij toen weg gedaan. Als kleine poes weet je het dan niet meer.

Misschien ben ik ook wel te vroeg bij mijn poezenmama weggehaald, dan leer je het niet van je moeder. Ik ben blij dat ik bij Arie en mijn nieuwe mensenmoeder woon, ik vind haar wel lief (en Arie soms), maar soms moet ik haar toch even bijten, ik weet dan gewoon niet wat ik doen moet, en daar schrik ik wel van, en dan geef ik vaak likjes daarna om het een beetje goed te maken… Maar ze is gelukkig nooit boos op mij hoor, ze begrijpt het wel.

 

Ja het is je verleden, je bent pas drie!! Ik weet dat je Arie een luie kater vindt. Dat ga ik even aan hem vragen. Arie, hoe zit dat?

Nou Bert, ik zie dat een beetje anders. Saartje is een echte straatmadelief,
dus gaat ze ook ’s nachts en ’s ochtends heel vroeg op het balkon zitten. Ik
lig dan gewoon op bed te slapen, zoals je dat doet in de nacht.
Verder heeft ze wel een klein beetje gelijk, dat ik een beetje lui ben, maar ik ben dan ook een heel stuk ouder, en een oudere jongen moet gewoon lekker slapen. Dat vind jij toch ook?

 

Zeker weten, Arie!! Mijn laatste vraag is voor Saartje. Vieren jullie je verjaardag en wat gebeurt er dan?

Bertje, Arie is echt op 28 mei jarig, en ik op 1 december ongeveer, eigenlijk doen we niet echt iets aan onze verjaardagen. We krijgen heel vaak cadeautjes, gewoon zomaar, omdat we lieve poezen zijn ofzo.
Dan komt er opeens een pakje met allerlei leuke speeltjes, vorige week nog, nou dat is dan wel heel gezellig hoor! En de doos is natuurlijk ook altijd leuk, daar zit ik dan vaak in.

Dankjulliewel voor dit gesprek, Arie en Saartje. Nou begrijp ik meer van hoe dat gaat samenwonen. Dat je jezelf moet zijn en dat het fijn is als je samen kunt voetballen.