Tag archieven: kattenbak

Graven, graven, elke keer graven

  Weet u wat een superfijn moment is? Dat is wanneer ik een verse bak krijg. Maakt niet uit of ik in de vensterbank zit of dat ik op het tapijt lig te liggen, als de bak er staat gebeurt er iets met me.

Dan moet ik er meteen heen.

Netjes

Een bak moet netjes zijn, dus dat ik er altijd in kan.  Dus dat het fris is waar ik mijn poten neerzet voordat ik uweetwel. Plus ik ben best een grote kater dus ik kan gewoon niks met een kleine bak. Is allemaal hier in orde.  Oja en ik wil beslist houtkorrels. Daar ben ik vroeger in het asiel aan gewend geraakt dus iets anders wil ik niet.

Korrels

Als er een nieuwe bak staat, weet ik dat. Die geur van hele verse korrels dat doet wat met me. En of ik moet of niet maakt mij niks uit, alles in mij zegt erheen erheen, doe er iets mee. Dat lukt altijd en daarna komt het hele superfijne dat is graven. Lekker lang. De hele tijd. Flink met mijn poten stampen in het hout en net zo lang tot ik er genoeg van heb of tot mijn vrouw roept dat ze het nu wel weet. Dan komt het volgende.

Oer

Door het graven ben ik me steeds meer oer gaan voelen, en dan wil ik rennen. Dus ik rennen door de kamer. Soms ook door het huis. En soms hang ik alleen aan de krabpaal of ik rol over het tapijt. Het leven is dan anders en ik zit veel te vol met leven dus dat moet er even uit dan kan ik weer gaan slapen.

Bak

Dus van een bak heb je als kat heel veel plezier dat wil ik even zeggen. Vooral dat graven, dat je voelt dat de bak van jou is en het huis ook en  de hele wereld eigenlijk, dat is het gevoel van het graven.

Mijn tweede bak

  Dit is even heel persoonlijk. Het is eigenlijk privé maar als mediakater wil ik er toch iets over zeggen.  Als binnenkater heb je een bak nodig. En eigenlijk twee.

Op de badkamer staat mijn tweede bak. Die gebruik ik nooit. Maar ik wil wel dat die er staat en blijft staan.

Grind

Ik weet nog wel hoe het was toen ik pas hier woonde. De bak stond op de gang in een rustig hoekje, een beetje verstopt achter de wasmand. Dus helemaal goed. Tot ik in de bak keek.

Er zat grind in. Precies het spul waar ik niks mee kan. Het maakt vervelende geluiden. Het ruikt verkeerd. En ik weet het niet hoor, maar volgens mij zitten er scherpe randjes aan waar katerpoten zich pijn aan kunnen doen.

Dus ik keek in de bak en toen keek ik naar mijn vrouw. Heb ik een paar keer gedaan. Dezelfde ochtend had ik houtkorrels. Dus toen ging ik op de bak. Hè, lekker.

Badkamer

Nou en toen ontdekte ik dat er op de badkamer nog een bak stond. Even mijn kop erbij en inderdaad: houtkorrels. Helemaal in orde.

Ik ben er nooit op geweest.

Twee

Soms ga ik ’s morgens de badkamer in om even wat water uit de douche te drinken. Vind ik lekker. Dan kijk ik heel even naar de tweede bak, staat er prima. Ik drink en ga weer naar de huiskamer. En als ik moet, dan ga ik naar de bak op de gang achter de wasmand. Maar ik heb er toch twee nodig.

Ik heb dus de bak waar ik altijd op ga, dat is de hoofdbak. En je hebt de bak die er gewoon moet zijn want je weet nooit. Die staat ergens anders. Als het om mijn bak gaat, wil ik graag alles op mijn manier hebben. Verder vind ik alles goed. Nou ja, bijna alles.

Naast de bak (blog)

Wanneer mensen me vragen of ik weleens stout of ondeugend ben, dan geef ik daar heel eerlijk antwoord op. Nee. Nooit. Ik weet niet eens wat dat is. Thuis mag ik bijna alles, geloof ik. Laatst heb ik zelfs naast de bak geplast. Of nou ja: naast. Dat ging anders.

Het gebeurde toen het zo warm was. Dan moet ik extra water drinken, dus er komt nogal eens een bakje met vers water te staan. Lekker, hoor. Maar dan moet ik vaker naar de bak. Dat is gewoon zo. Als je moet, dan moet je.

En toen was het aan het einde van de middag dat ik dacht: ik moet. Dus ik liep naar de kleine overloop waar mijn favoriete bak staat. Die stond er niet. Mijn vrouw was die in de keuken aan het schoonmaken. In de badkamer heb ik een tweede bak, maar die was te ver weg. Er lagen nog wat houtkorrels zag ik. Dus toen heb ik daar op geplast, lekker veel, hèhè, dat luchtte op.

Tijdens het plassen zag ik vaag dat mijn vrouw terug in de kamer was, en dat ze een verse bak vasthield. Ze zag me, ze begreep dat ik niet gestoord kon worden en dus bleef ze staan en keek een andere kant op. Het was heel stil in huis. Het enige geluid was mijn plassen op de plaats waar de bak altijd staat.

Daarna was ik klaar en liep de huiskamer in zonder haar aan te kijken. We wisten alletwee wat er ging gebeuren.

En ja hoor. Ze zette de bak neer in een hoek en ging weer naar de keuken, spullen halen. De plek moest schoongemaakt worden. Ik ging me wassen en wachtte tot ze klaar was. Dat was nog best snel. Ze zette de bak terug en kwam met mij aaien en kijken hoe het met me was. Want ze dacht dat ik overstuur was omdat ik geen bak had gevonden. Maar dat was ik helemaal niet! Als je moet dan moet je.

Nou zult u denken wat heeft dat met stout te maken. Helemaal niks. Dat bedoel ik juist. Soms doe je als huiskat iets dat niet hoort, maar ja, het kan even niet anders.

(dit blog verscheen met andere blogs bij de Vereniging Kattenzorg)

Ideaal in de kattenbak: houtkorrels

Toen ik hier pas was, keek ik in mijn bak en dacht: nee. Mijn vrouw zag het en kwam meteen in actie. Er moesten houtkorrels komen en die kwamen er, dezelfde dag nog. Het is ideaal voor in de kattenbak. Dat vind ik, tenminste.

Ja het is best een persoonlijk onderwerp. Maar dat hoort er ook bij.

 

Houtkorrels vind ik fijn. Je kunt erop doen wat je wilt en zelfs als ik keihard plas  nemen ze alles op. Dan worden ze zacht. Dat is wel fijn maar het is ook opletten, het moet weg vind ik of ik wil een nieuwe bak, want in dat zachte zet ik mijn pootjes liever niet neer. Ruiken doet het trouwens niet.

Als ik wat groots erin leg ( en ik zeg trots dat ik een grote kater ben dus dan weet u het wel), dan kan ik lekker graven om de boel onder de korrels te krijgen. Ook hier geen geur.

Nou moet ik wel zeggen dat ik soms helemaal geen zin heb om te graven. Dan denk ik, klaar, ziezo, ik ga even in de vensterbank zitten, mijn vrouw doet de rest wel. En dat doet ze ook. Met zakjes haalt ze het eruit. Is wel fijn, dan kan ik later weer verder ermee.

In het asiel had ik ook houtkorrels. In het begin hier was er grind. Daar kon ik niks mee. Ik wilde hout. Dat was ik gewend, vooral daarom dus. Ik kende het. Maakt mij niet uit voor merk, als het maar die korrels zijn.

Als u dus met een kat woont die moeilijk met de bak is, probeer dan eens hout of iets anders. Niet denken dat het allemaal op elkaar lijjkt. Voor ons is dat niet zo. Hoe iets ruikt, en hoe het beweegt onder je pootjes, en wat je ermee kunt, dat verschilt enorm. En wat je wilt is per kat anders.

Ik heb twee bakken met houtkorrels, eentje staat op de badkamer en de ander in de gang en die gebruik ik altijd. Die andere is mijn reserve, dus die moet er gewoon zijn.

O ja, ik heb elke drie dagen denk ik een schone bak nodig. Want ja, mijn lichaam werkt nou eenmaal heel goed in dat opzicht!!

Wat is volgens u het ideale spul om in de bak te doen? Grind? Korrels? Of iets anders?