Er zijn gewone knuffels en er zijn superknuffels. Dat weet iedereen. Maar ik weet het pas sinds kort. Omdat ik meer durf, daar komt het door.
Ik heb nou twee soorten superknuffels ontdekt.
Het eerste is vachthappen. Dan lig ik op het kussen op de bank of op mijn tapijtje, en dan na het gewone aaien ben ik heel ontspannen. Dus ik rek me uit en ik lig lekker slap op het kussen, nou en dan begint het. Mijn vrouw komt heel dichtbij met haar hoofd en dat vind ik geeneens eng maar fijn. Ze stopt haar gezicht zachtjes in mijn vacht, maakt niet uit waar en dan neemt ze een zacht hapje van mijn vacht. Het is geen bijten. Het is happen. Zacht en stevig tegelijk. Soms praat ze erbij en eerlijk waar, ik heb geen idee wat ze zegt maar het maakt me niet uit want het klinkt goed. Dat je voelt, ga door, ga door.
Van vachthappen word ik superontspannen daardoor wist ik dat het een superknuffel was.
De tweede superknuffel is borstkroelen. Dat gaat anders maar het begint hetzelfde. Ik lig op mijn zij. Kan boven op bed zijn of ergend beneden. En mijn vrouw ligt voor me. Eerst het gewone aaien, net als bij het vachthappen. Daarna friemelt ze met haar vingers op mijn borst en dan eerst heel voorzichtig zodat ik aan het gevoel kan wennen. Daarna gaat ze onder mijn kin en terug naar mijn borst en dan weer naar boven en zo de hele tijd. Vind ik superduperfijn, serieus waar.
Ik wil elke dag vachthappen of borstkroelen of allebei en dat gebeurt dus ook. Het gekke is dus dat ik vroeger geeneens wist dat dit bestond. En ik weet niet wat er nog meer voor fijns is. Misschien ontdek ik dat pas als ik tien jaar wordt, dat is op 3 juni van het volgende jaar. Het leven is best spannend, vind ik.
(dit blog verscheen evenals andere blogs bij deĀ Vereniging Kattenzorg)