Alle berichten van Chef

Kever heeft een mening over iets moeilijks

Zelf find ik dat ik een hele slimme jongen ben, een katerjongen die ALLES snapt, maar folgens mijn mensen zijn er best veel dingen die ik NIET snap, en dat geeft helemaal niets zeggen ze, ze finden mij presies goed zoals ik ben, en ikzelf find dat eigenlijk ook wel, bofendien kan ik sommige dingen niet feranderen want ik ben en blijf nau eenmaal altijd Kever.

Ferdrietig

Hier was ik ferdrietig.

De weereld is soms voor mij te snel en te veel, ik begrijp dan niet meer wat er gebeurt en ik kan het niet meer bijhauden, dat zijn de moomenten dat ik merk dat ik anders ben dan andere katten en daar foel ik me ferdrietig en onzeeker over, mijn mensen merken dat ik me zo foel omdat ik op zo een mooment op de grond ga liggen, met mijn hoofd naar beneeden.

Het is best moeilijk om dit zo te fertellen, maar ik wil eerlijk zijn in mijn blogs, misschien dat andere katten er ook iets aan hebben, want we zijn SAAME, niet alleen als alles goed gaat maar ook juist als het niet zo goed gaat.

De afgeloopen week was er weer zo een tijd dat ik het allemal niet meer kon snappen, Pokon werd me ineens te veel, hij kwam steeds maar binnen en krabte oferal en maakte mijn speelgoed kapoo, hij is zo snel en kan alles en durft alles, ik kon het niet meer hendelen en ging daarom maar op de grond liggen, ik wist het niet meer en ik was helemaal van mijn slag, gelukkig zagen mijn mensen dat meteen, en tilde mijn vrouw Pokon op en zette hem weer op het dak, dat moest ze nog twee keer doen en toen bleef hij weg.

Mijn beenen

Ik kreeg heeeeeeel veel knuffels en kusjes van mijn mensen, maar mijn motor was kapoo, en die ging nog meer kapoo toen ik de folgende dag pijn kreeg in mijn linkerbeen, mijn been deed ZO een pijn dat ik ging grommen toen mijn vrouw het aanraakte, ze schrok er van en vroeg aan mijn man om me op te tillen zodat ze kon kijken of ik gewond was maar dat was niet zo.

Het kwam weer doordat dat mijn beenen ferkeerd aan mijn lijf zitten, ze zitten scheef, dat had Bolle ook, en als je auder wordt ga je steeds meer scheef loopen en dat doet dan af en toe pijn, dat hebben mijn mensen me uitgelegd want zelf wist ik niet dat mijn beenen anders zijn dan bij andere katten, ik heb ze altijd zo gehad, voor mij zijn ze heel normaal en daarom snap ik niet waarom ik ineens pijn heb.

En daarbij was het ook nog steeds aan het reegnenen, nau ja!!, ik fond er allemaal niets meer aan, ik was er zelfs een beetje deeprosief van, mijn mensen maakten zich zorgen, maar we kennen elkaar heel goed en ze snapten dat ik me klein en eenzaam foelde en dat het me allemaal bij elkaar tefeel was geworden.

Felletje

Ik heb pillies tegen de pijn gekregen, en na een half uurtje ging ik weer spinnen en foelde me een stuk beeter, maar nog niet helemaal, het is niet meteen foorbij, zoiets blijft altijd een beetje hangen bij mij, het waren dus niet zo een fijne daagen, ik bleef een beetje sip en mopperig, niet de hele tijd hoor, maar ik zat niet lekker in mijn felletje, zo noemt mijn man dat, en daarom heb ik ekstraveel knuffels en kusjes gekregen, mijn mensen hebben me heel veel geborsteld want daar hau ik van, en we hebben binnen gespeeld met pluusjen muisjes en de feeren, en daardoor foelde ik me weer beeter.

Mijn vrouw zegt dat ik best af en toe een beetje mag mopperen, dat doet zij ook wel eens, en dat find ik ook, niemand kan tenslotte de hele tijd frolijk zijn, het is niet altijd feest, en zelfs als het wél altijd feest zau zijn zau je dat niet meer merken, het hoort bij het leefen dat je je weleens ferdrietig of niet fijn foelt, gelukkig foel ik me alweer Kever die bijna alles snapt, en als jullie dit leezen ben ik hopelijk gewoon weer Kever die ALLES snapt, en Kever die frolijk is, dat gaat wel lukken hoor, ik ben toch Kever!!

***

En ik tetter gewoon door voor vreede, ook als het reegent of als mijn been pijn doet!!

Joep en zijn ervaring met Sinterklaas

Nou, ik hoop dat jullie deze nieuwe blog allemaal nog gewoon op je eigen vertrouwde plekje voorgelezen krijgen of zelf kunnen lezen, en dat niemand met Sinterklaas naar Spanje is vertrokken…

Vorig jaar in december was ik een klein kittenkatertje van net geen acht maanden oud en kwam ik nog niet buiten. Ik kende dus helemaal geen andere katten die mauwden over Sinterklaas en Zwarte Pieten, en ik wist werkelijk waar helemaal niet van hun bestaan af, omdat in mijn huis geen kleine kinderen wonen waar Sint en Pieten langs komen. En ik kreeg eigenlijk elke dag al wat lekkers en af en toe een nieuw speeltje, gewoon van m’n personeel dat bij me in huis woont, zonder dat ik ooit van Sinterklaas gehoord had.

Buurtkatten

Maar dit jaar was het anders, omdat ik de buurtkatten buiten hoorde mauwen dat hun hele huis op stelten stond. Overal lagen sinds een week of wat kartonnen dozen waar ze niet eens in mochten gaan liggen, inpakpapier dat ze niet mochten scheuren, cadeautjes die duidelijk niet voor katten bedoeld waren en alle tweebeners deden heel geheimzinnig.
En ik snapte daar niks van, want bij mij thuis was alles nog gewoon, zoals altijd. Gelukkig legde een buurkat uit dat er elk jaar een feest is op 5 december, vooral als er ook kindjes in huis wonen. Dan komen er ‘s avonds vreemde tweebeners, die er heel anders uitzien dan ‘t eigen personeel, en die gooien handen vol met vreemd ruikende mislukte bolletjes door de kamer heen, waar de kindjes dan achteraan rennen om die te pakken te krijgen en op te eten. En het is dan een enorme herrie in huis mauwden ze, dus dan maakten ze altijd liever dat ze weg kwamen.

Door de wijk

Afgelopen donderdag had ik met een paar buurtkatten afgesproken om na ‘t eten een wandeling door de wijk te gaan maken en bij alle huizen waar ‘t licht aan was naar binnen te loeren. En de buurkat had gelijk, het was druk in sommige woonkamers. Vrolijke muziek, lachende grote tweebeners en dansende kleine tweebenertjes. ‘t Zag er allemaal best wel heel gezellig uit, maar ik was blij dat ik met m’n vrienden lekker buiten stond omdat ik gewoon niet zo van al die drukte hou.
M’n buurkat mauwde dat er later die avond, als we weer naar huis zouden gaan, ook vast wel een katdootje en iets lekkers voor ons zou zijn, maar dat iedereen nu eigenlijk liever buitenshuis bleef tot het binnen weer rustig was.

Thuis

Gelukkig was het droog die avond, maar na een uurtje of wat begon ik toch kouwe poten te krijgen. En daar hou ik niet van, dus ik nam afscheid van m’n vrienden en ben maar weer naar huis gelopen. Ik had wel trek in een paar brokjes, en m’n personeel was toch nog wakker want ‘t licht in de woonkamer was nog aan. Voor de zekerheid heb ik eerst even vanaf de tuintafel naar binnen zitten gluren of er écht geen drukte bij mij thuis was, maar m’n personeel zat gewoon lekker rustig in de bank en alles zag er vertrouwd uit.
Al snel ging de tuindeur open en na m’n vaste ritueel van eerst binnen aan de krabpaal m’n stiletto’s even aanscherpen werd ik opgepakt en kreeg ik een heleboel knuffels van Senior en werden m’n pootjes lekker opgewarmd in z’n dikke trui, terwijl Junior met snekkies voor me aankwam. Nou, dat was even rielekst thuiskomen, en snekkies zijn natuurlijk altijd nóg lekkerderderder dan m’n alledaagse brokjes.

Schapenmuis

Dat was nog niet alles, ik kreeg ook nog een pakje in m’n poten gedrukt. Nou ben ik zelf wat onhandig met pakjes openmaken, dus m’n personeel hielp een beetje mee en maakte het papier aan één kant voor me open. Ik stak m’n neus erin, want er kwam me een heerlijke lucht tegemoet die ik gelijk herkende: kattenkruid!
‘t Duurde niet lang voor ik het hele pakje open had en er een muis met een heel raar vachtje uit kwam. Volgens m’n personeel was dit een Duitse Schapenmuis, een soort die in Nederland best wel zeldzaam schijnt te zijn, maar over de grens veel voorkomt.
Nadat ik er een tijdje mee gespeeld had en de nieuwe muis helemaal goedgekeurd was, ging ik op zoek naar m’n oude grijze huismuis. ‘t Leek me best een goed idee om die twee kennis met elkaar te laten maken. En dan kon ik ze vannacht allebei meenemen als ik op ‘t grote bed ging slapen.

Muis

Maar hoe ik ook zocht, m’n oude muis was nergens te vinden! Terwijl ik toch zeker wist dat ik ‘m de laatste keer onder de eettafel had achtergelaten. Zelfs m’n personeel heeft mee lopen zoeken, maar zonder resultaat.
Nu heb ik m’n nieuwe muis maar als lokmuis op de bank gelegd, en ik hoop elke keer als ik de woonkamer inkom dat ik dan twee muizen aantref. Maar ook vanmorgen lag de Schapenmuis moederziel alleen op me te wachten.
M’n personeel heeft beloofd om me de komende dagen te helpen zoeken, meubels te verschuiven en alle kasten en lades na te kijken. En als we die grijze muis dan nog niet gevonden hebben, ga ik ‘m toch als vermist aanmelden.
Of weet iemand van jullie het adres van Sinterklaas in Spanje?

Stevige poot en zachte kopjes,

Joep

Mila kreeg een nieuwe taak

Lieve allemaal, de tijd is zo heel snel gegaan want nou zitten we alweer in de laatste maand van dit jaar en binnenkort begint het nieuwe jaar alweer.

Van me eigen hoeft het allemaal niet zo want ik vind roetiene het fijnst. Maar soms is het nodig dat er ferannering komt en dat er oude en nieuwe dingen zijn. Zo is het leefe. Mijn vrouw zei laatst als een bloemetje gebloeid heeft en op is, komt er een nieuw bloemetje wat mag gaan bloeien. Zo gaat het met alles en iedereen. Dat bloemetje wat op is wordt weer iets anners. Zelf vind ik het heel romanties dat het leefe zo is maar ik vind het fijn als alles gewoon is.

Visjes

Mijn vrouw kwam laatst naar me toe met ies nieuws. Ze zei Milamuisje, er is iets en ik denk dat je het heel leuk gaat vinden. Waar ik woon heeft Ooma een akwariejum met visjes er in. Mijn vrouw vertelde me dat ze me vaker op de poef met deken bij de akwariejum zag zitten kijken naar de visjes. Soms lag ik daar te slapen zei ze en soms ook niet. Dan zat ik te kijken. En dat is zo.
Eigenlijk vind ik het water met de visjes zo heel erg gezellig. De visjes wonen daar samen met elkaar. In de akwariejum zitten hele kleine zo van die ieniemienie piepkleine visjes en van die hele dikke grote die ik nog niet eens op kan. Oja, deze visjes zijn niet om op te eten dat moest ik eefe melden van mijn vrouw. Ze wonen daar net zoals ik hier woon.

Familie

Zo zijn er visjes met een blauwe en rode kleur. Ze schitteren als de lamp op hun schubben schijnt. Zo heet de vacht van de visjes, schubben. Dat heb ik eigenlijk geleerd van mijn broer Bram want hij deed altijd op de visjes passen en dat kon hij ook zo heel goed. Er zwemt een oranje vis in de akwariejum en ook een gestreepte net zoals een zeebraapaardje.
Dat is toch zo heel biesonder eigenlijk want hoe kan die vis nou op een zeebraapaardje lijken terwijl het een vis is. Zijn ze dan toch familie van elkaar? Zelf weet ik niet hoe zoies kan. Mijn vacht is heel anders en ik heb ook wat strepen maar ik lijk niet op een zeebraapaardje.

Er is ook een vis en die is echt zo heel raar want die plakt tegen de raam aan. Op deze foto kan je hem niet zien want toen de foto gemaakt werd ging de vis inees weg naar de andere raam. Maar deze vis plakt dus tegen het raam met zijn bekje en als je zoies ziet dan zie je hoe hij doet happen, of zij want ik weet niet of het een meisje of jongens vis is. Mijn vrouw legde uit dat deze vis algen doet eten en dat zijn kleine groene dingetjes die wij niet zo heel goed kunnen zien pas als er een tijdje niet schoongemaakt is. Hij of zij is eigenlijk de schoonmaker van de akwariejum. Als deze vis dan op de raam zit is het een ramenwasser en als hij of zij op de grond zit dan doet hij of zij daar algen eten. Eigenlijk vind ik dat zo heel erg knap van deze vis dat hij dat allemaal zo kan want dat is best slim.

Taak

Maar even terug naar mijn vrouw want zij had ies voor mij. Ze vroeg aan mij Zou jij eens wat vaker op de visjes willen passen? Dat je af en toe mauwt of alles nog in orde is? Dat de oranje vis nog steeds dezelfde kant uit zwemt en dat de schoonmaker nog steeds doet happen. Daar was ik zo heel eefe stil van want dit is wat Bram altijd deed en nou vroeg ze het aan mij. Dat wil zeggen dat als ik het doe dat ik er een nieuwe taak bij heb bij ons thuis. Want als je samen woont dan heb je taken. Ik was ook maar heel eefe stil want ik wist meteen eigenlijk al van JA!, dat wil ik. Want als mienister van zachte zaake horen visjes er ook bij. Die hebben ook vriendjes nodig. Ik mauwde meteen JA!, tegen mijn vrouw want dit vind ik zo heel erg leuk en in de blog feranner er helemaal niks alleen dat er soms visjes in de blog koome als ik er op mag passen. Nou ben ik zo heel erg blij van me eigen en wil ik een snek of een soepje want een nieuwe taak is ook ies vieren. Zien jullie mij zo heel seeriejeus naar de visjes kijken? En folgens mij doe ik mij taakje al zo heel goed!
Voor nu geef ik iedereen een zacht neusje en wens ik jullie een fijne week. Tot de volgende woordjes. Ik ga eefe aan mijn leefeswerk werken. Ik tetter kei lang en nog stees mee voor freede want die komt heus wel een keertje.

Pootgetekend, mienister van zachte zaake,
Milamuis
ps, een ekstra kopje omdat ik zo heel blij ben met mijn nieuwe taak!

Dopey en het onweer

Vandaag mag ik Dopey jullie mijn verhaal vertellen. Het gaat over onweer, bbbrrrrrrr.
Toen ik nog een ukkepukkie was en hier pas woonde mocht ik samen met mijn vrouw op verkenning door de tuin.

Klein

Dat was wel heel spannend want alles was heel erg groot.
Maar goed op een dag bleef mijn vrouw op het terras zitten en mocht ik alleen op verkenning uit… geen probleem hoor want ik kende de weg goed. Het werd wat donkerder buiten en ik dacht stap nu maar tussen de struiken uit naar het pad op. Daar kon ik vrouw bij de achterdeur zien zitten.
En net toen ik naar mijn vrouw zat te kijken hoorde ik het… gerommel in de lucht boven me. Wat was dat nou?
Ik bleef luisteren en toen hoorde ik het weer maar wat harder, boemdieboem.
Vrouw riep mij dat ik moest komen maar ik was zooooo bang dat ik niet durfde. En weer boven me boemdieboemdieboem.
Ik bleef helemaal ineen gedoken zitten en durfde me echt niet meer te bewegen. Vrouw is mij komen halen, pakte me op en zei: ‘Gekkie wat is dat nou, dat is maar onweer.’
Nou ja, maar onweer? Het voelde niet pluis daarboven in de lucht en ik was bang. Zo heb ik mijn eerste onweer bij vrouw op schoot verbracht, dicht tegen haar aan en rillend als een rietje.

Kater

Inmiddels ben ik een flinke kater van 8 jaar maar voor onweer ben ik nog steeds heel erg bang. Ik merk al dat het eraan komt als er eigenlijk nog niets aan de hand is. Ik word dan onrustig en loop heen en weer en blijf bij vrouw in de buurt.
En zo gauw als ik het eerste rommeltje hoor dan maak ik dat ik weg kom naar mijn verstop plaats. (de schoot van vrouw is me nu te klein om te verstoppen)
Vrouw zegt dan wel eens: ‘Dopey, er is nog niets aan de hand, kom nou maar. Maar ik blijf zitten waar ik zit.
Toen ik klein was ging ik onder het gordijn bij de trap zitten. Maar toen ik groter werd merkte ik dat mijn billen onder het gordijn uit staken en dat was natuurlijk niet de bedoeling.
Nu ga ik op de tweede traptrede zitten of liggen en dat is ook achter het gordijn dus daar lig ik veilig.

Wat mijn vrouw zegt

Mijn vrouw zegt nog: ‘Het trappenhuis ligt bij ons ingesloten tussen woonkamer en keuken.
Dopey voelt zich daar veilig met onweer. In het begin als ik naar boven wilde maakte ik geen licht aan, en dan was het wel even schrikken als Dopey daar op een traptrede lag. Sindsdien maak ik ook altijd licht aan want je weet maar nooit.’

Liefs Dopey

Japie beleefde een storm

Ons huishouden is van een rustig en voorspelbaar soort. Dat helpt tante Cato en Foppe om zo min mogelijk spanning te hebben. Vooral mijn broer heeft snel last van stress en benat dan ons huis op plekken die daar niet voor bedoeld zijn. Daarom gaat Mo meestal zelf naar haar vrienden en familie toe. Eerlijk gemiauwd zijn de mensen die hier wel langs komen altijd stuk voor stuk aardige gasten, die rekening houden met wat goed is voor ons.

Daarom was ik niet bevreesd toen Conall van de week onverwacht op de stoep stond. Ik keek al uit naar de snackjes die ik meestal krijg als er visite is. Dat is om mij te paaien om de bezoeker gedag te komen miauwen. Ik speel het spelletje graag mee. Alles voor een snoepie.
Nu ik er op terug kijk, was die Conall een onguur type die hier van mij nooit meer op bezoek mag komen. Mijn broer en tante zijn het er roerend mee eens. Wat heeft die gast huisgehouden zeg! Of is het tuin gehouden? Want daar heeft die naarling een flinke ravage aangericht.

(On)gewoon

Het is een dag midden in de week zoals alle andere dagen midden in de week. Mo gaat naar haar werk zoals altijd. Het enige wat ze anders doet, is dat ze gaat lopen in plaats van fietsen. Omdat het weer wat onstuimig is en haar benen niet zo hard willen trappen. Dat doet ze vaker, dus niemand is ongerust. Geen vuiltje aan de lucht zou je denken. Alleen grijze wolken die hun druppels laten vallen. Oopa Floris lijkt alle registers open te trekken. Na een nacht op stap en een uitgebreid ontbijt plof ik drijfnat op de bank voor een heel lange slaap. Alles om komend donker weer fris en fruitig op stap te kunnen.
De alarmbellen gaan nog niet rinkelen als ze eerder dan verwacht verwaaid thuis komt. Haar haren pieken alle kanten op. Met haar natte jas nog aan vult ze gehaast onze voerbakken. Terwijl we staan te smikkelen, gaat ze naar de schuur om het eten voor de stekels te pakken. Daar wordt ze bijna omver geblazen, terwijl ze toch echt geen lichtgewicht is. Met een wilde blik in haar ogen komt ze terug de keuken in. Ik wil net naar buiten gaan voor een eerste inspectieronde. Maar daar krijg ik geen kans voor. Mo grijpt me vast, geeft een kus op mijn kop en fluistert in mijn oor dat het nu even niet kan. Ze lokt ons alle drie de huiskamer in waar rijkelijk kipsnackjes in de rondte zijn gestrooid. Kattenklaas is vroeg dit jaar. Als ze deur dicht trekt, gaan mijn voelsprieten aan. Opgesloten worden betekent ellende. Opgelucht haal ik adem als witjas niet aan de orde blijkt. Ons mens stroopt haar mouwen op om een gevecht aan te gaan met dat ongure type die het gemunt heeft op mijn boom.

Sterren

Vanachter het raam zie ik haar spierballen bollen als ze de paal terug op zijn plek duwt die mijn boom stut. De enorme takken gaan rakelings langs haar hoofd. Een hoge trap wiebelt vervaarlijk als ze gewapend met een enorm scherp ding vanaf de bovenste tree de schaar zet in de top. De delen die de meeste wind vangen, moeten er aan geloven. Met lede ogen kijk ik toe hoe de afgezaagde takken steeds hoger worden opgestapeld. Zo blijft er toch niets van mijn boom over?!
Nadat code oranje is weggejaagd, gaat het kattenluik van het slot. Buiten inspecteer ik het slordige werk van mijn mens. Ik ben er niet over uit wie de grootste ravage heeft aangericht. Was het die Conall of was het Mo? Treurig staar ik naar de stapel waar ik niet over heen kan kijken. Tante Cato komt bij me zitten. ‘Kijk eens omhoog, ventje, naar je boom’, meowt ze zacht. Ik richt mijn blik naar opzij en zie em staat, afstekend tegen de prachtig blauwe hemel. Fier staat hij overeind! Met bonzend hart klauter ik naar boven, naar dat ene plekje. Door het felle licht kan ik ze nu niet zien, maar ik weet dat ze daar zijn. De sterren. Er zijn er dit jaar heel veel bij gekomen. Zittend op mijn tak voel ik de rust neerdalen en weet dat ook deze storm ons niet omver heeft geblazen.

Koppie van Japie