Als kater heb ik soms een leeg momentje, en soms duurt dat leeg momentje best lang. Dan kijk ik naar niks. En dat doe ik dus ook lang. Tot mijn vrouw gilt.
Ja, dat heb ik dan weer.
Ze gilt niet echt hard, maar ik weet wel meteen dat er iets aan de hand is, met haar dus. Ook al omdat ze meteen begint te praten.
“Bertje zie je iets. Wat is er dan. Is er iets. Er is toch niet iets. Of wel. Waar kijk je nou naar. Ik wil het niet weten. Kon je het maar zeggen.”
Nou dan weet ik het wel. Ze is bang voor inbrekers en geesten tegelijkertijd. Alleen omdat ik even een leeg moment had.
Dat is natuurlijk voorbij als ze zo tegen me roept. Ik voel me dan gespannen omdat zij het is. Dus dan moet ik gapen, dat is om weer goed te worden. Begint ze weer.
“Er is niks he Bert, anders zou je niet zo gapen. Nou ik ben blij dat je zo gaapt kon ik het ook maar.”
Dan moet ik natuurlijk weer gapen en flink ook. Dat lege moment is helemaal weg. Ik ga me wassen of een kopje geven aan het bed. Vind ik fijn. Ook omdat mijn vrouw er dan weer rustig van wordt.
Serieus, ik wist niet dat dit bij het leven als huiskater hoorde.